Archief van februari 2011

Ronald Rijkse: Leven tussen letters

maandag, 28 februari 2011

OUD-CONSERVATOR, ORGANISATOR EN STIMULATOR VAN DE ZEEUWSE BOEKENWERELD

De kamer van Ronald Rijkse is een afspiegeling van zijn werkzame leven. Ingeklemd zit hij tussen de stapels boeken, papieren, enveloppen, kleine aantekenbriefjes, telefoonnummers, prenten en een pakje shag. Dat laatste mag alleen buiten worden benut. Het contrast met de andere ruimte, het depot in de kelder, waar Ronald dagelijks te vinden is, kan niet groter zijn. Hier heerst strenge orde en de tucht van weinig licht en een constante temperatuur. Wat hij boven in creativiteit en luciditeit bedenkt vindt uiteindelijk altijd zijn oorsprong en bestemming in de collectie, waaraan hij de afgelopen jaren zo’n fundamentele bijdrage heeft geleverd. Niet alleen door de collectie uit te breiden, maar zeker ook om die in stand te houden en aan iedereen te tonen.

P6220807Ronald werd op 28 december 1946 geboren in Goes. Na het gymnasium studeerde hij Nederlandse taal- en letterkunde aan -wat nu heet- de Universiteit van Amsterdam, waar hij in 1970 kandidaatsexamen deed. Al in 1969 was hij als vakantiehulp bij de Provinciale Bibliotheek aangetreden om er in 1976 officieel benoemd te worden. Hij zou er niet meer weggaan en uiteindelijk verantwoordelijk worden voor de belangrijke collectie kostbare werken.

In 1993 rondde hij zijn officiële studie af met het doctoraalexamen, maar intussen had hij zijn sporen in het vak al meer dan verdiend.

Bibliofiel

Zijn verdiensten voor de Zeeuwse Bibliotheek en daarmee ook voor de provincie Zeeland, zijn moeilijk samen te vatten.

Ronald heeft zich ontwikkeld tot hèt gezicht van de Zeeuwse Bibliotheek als het gaat om het oude boek en de bibliofiele collecties. Die liefde voor het boek zorgde ervoor dat de Zeeuwse Bibliotheek in het bezit kwam van duizenden bibliofiele uitgaven uit de 20e en 21e eeuw, kenmerkend door bijzondere vormgeving, typografie, lettertype, papier en band. Met die collectie kan de Zeeuwse Biblio­theek zich meten met landelijke collecties, zoals in het Museum Meermanno, Koninklijke Bibliotheek en Amsterdamse Universiteitsbibliotheek. Het is dan ook geen toeval dat vele (marge)drukkers en liefhebbers van bibliofiel drukwerk de weg naar Middelburg kunnen vinden: om de collectie en Ronald te zien. In 1995 stelde hij een jubileum­tentoonstelling samen ter gelegenheid van het twintigjarig bestaan van Stichting Drukwerk in de Marge, dat samenviel met het tienjarig bestaan van de Zeeuwse Bibliotheek.

De catalogus met de suggestieve titel “Pastei en hoerenjong” werd voorzien van een voorwoord door niemand minder dan Huib van Krimpen, zoon van de beroemde letterontwerper Jan van Krimpen, eminent kenner van de typografie.

Verzamelaar

Voor een conservator is het van belang om een netwerk te hebben. Ronald kent de wereld van het boek en de mensen die er deel van uitmaken. Omgekeerd kent men hem. Niet alleen in Zeeland, maar ook daarbuiten. Van zijn ervaring, visie en oordeel werd en wordt dankbaar gebruik gemaakt in vakkringen, zeker als het gaat om margedrukken, kinderliteratuur, boekbanden, maar ook bij meer algemeen boekhistorische (Zeeuwse) onderwerpen.

Het onderhouden van goede relaties in vakkringen en het vertrouwen dat verzamelaars en ook belangstellende leken in hem stellen, hebben vaak geleid tot verrijking van de collectie. Het kwam meer dan eens voor dat er plotseling een particulier voor het bureau van Ronald stond met een waardevolle schenking. Verzamelaars hadden het gevoel dat hun collectie veilig was in handen van een liefhebber en kenner als Ronald Rijkse.

Wie terugkijkt, ziet dat zijn periode samenvalt met de verbreding en verdieping van de rijke bewaarcollectie van de Provinciale Bibliotheek. Het is dan ook wrang te constateren dat Ronald weggaat op het moment dat de bezuinigingen minder ruimte laten om zijn met liefde uitgevoerde aankoop- en verwervingsbeleid in dezelfde omvang en intensiteit voort te zetten. De nota ‘Costelick Goed’ maakt duidelijk welke kostbaarheden er in de kluis en het magazijn van de Zeeuwse Bibliotheek te vinden zijn en dat er veel schatten in de “periode Ronald” zijn verworven. Dat gebeurde in goede samenwerking met de grootste bruikleengever het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen.

Hoogtepunten uit de verzameling zijn onder meer de zgn. miniatuur­­boekjes en de Middelburgse boekbanden uit de 18e eeuw, het Zeeuwse literaire erfgoed van P.C. Boutens en Hans Warren, de omvangrijke collectie kinderboeken en prenten en het buitenproportionele archief van bibliofiel drukwerk.

IMG_3036

De aankoop van de nalatenschap van de dichter P.C. Boutens is landelijk nieuws. Volkskrant, 19 augustus 1996

In 1996 was Ronald nauw betrokken bij de verwerving van de literaire nalatenschap van de Middelburgse dichter P.C. Boutens. De Zeeuwse Bibliotheek kreeg het beheer over waardevolle eerste drukken en bijzondere uitgaven, waaronder het beroemde in perkament gebonden Liber Amicorum, met bijdragen van grote literatoren en illustratoren uit het begin van vorige eeuw. Esthetisch een lust voor het oog en inhoudelijk een rijke bron voor literatuur en kunsthistorici.

In 2004 vond de officiële overdracht plaats van de complete literaire nalatenschap van de schrijver Hans Warren. Een immense verzameling brieven, manuscripten, boeken en documentatie die mede dankzij de goede verstandhouding met Ronald bij de bibliotheek is terecht­gekomen. De collectie werd beschreven door Mario Molegraaf.

Door de jaren heen heeft Ronald veel aandacht besteed aan de uitbreiding van de collectie kinderboeken uit de 18e en 19e eeuw. drietal

De basis hiervoor vormde de verzameling van Henri Tak (eerste helft van de 20e eeuw). De schenking van ongeveer 1000 kinderboeken en -prenten van John Landwehr in 2007 betekende een belangwekkende uitbreiding, evenals de collectie van Marchien Hof die uit ca. 3000 zondagsschoolboekjes en andere protestants-christelijke jeugdliteratuur bestaat.

De afgelopen jaren heeft het vak van conservator grote veranderingen ondergaan. Ronald heeft ze alle meegemaakt. Een van de belangrijkste ontwikkelingen is ongetwijfeld de verschuiving in aandacht van fysiek naar digitaal. Heel lang heeft Ronald het plan gekoesterd om een gedrukte catalogus van onze kinderboeken en kinderprentencollectie te maken. In 2011 bereiken we een resultaat dat nog veel verder gaat: de volledige digitalisering van 3300 kinderboeken en -prenten inclusief de opname in een speciale nationale catalogus, het Centraal Bestand Kinderboeken.

Conservator

Bij de ingebruikname van het restauratieatelier in 1979 kreeg Ronald samen met Ton van Kraaij de taak om te bepalen wat er wel en niet gerestaureerd moest worden. Een hele verantwoordelijkheid voor iemand die nog maar 3 jaar in dienst was.

Opvattingen over de staat waarin de collectie dient te verkeren zijn veranderd in die periode. Gold eerst het adagium van alles mooi in de oude staat terugbrengen of zelfs nog mooier maken (restaureren), tegenwoordig gaat men niet verder dan het tegengaan van verzuring en te zorgen dat het papier niet verder achteruit gaat (conserveren).

Het restauratieatelier werd eind vorige eeuw vanwege bezuinigingen gesloten. Maar dat was geen reden voor Ronald om zijn activiteiten te stoppen. Hij nam het initiatief tot de actie “Adopteer een boek” in samenwerking met de Vrienden van de Bibliotheek. Doel was om een aantal werken die door het bombardement van Middelburg in 1940 beschadigd werd te laten restaureren en conserveren. Er werd met succes een beroep gedaan op particulieren en instellingen die konden intekenden om de restauratie te bekostigen.

De goede samenwerking met het restauratieatelier van Marijn de Valk leidde in 2006 tot een opmerkelijk initiatief. Op het plein in de bibliotheek waren Antwerpse studenten van de restauratieopleiding dagen temidden van het publiek in de weer met het oplappen van werken uit de bewaarcollectie.

In 1985 werd het huidige gebouw van de Zeeuwse Bibliotheek betrokken waarin een ruime kluis was gebouwd die aan alle eisen wat betreft klimaatbeheersing voldoet. In de woorden van Ronald: “Eindelijk vond het oud bezit rust en kon de catalogisering voortvarend ter hand worden genomen”.

Die verantwoordelijkheden voor het oud bezit heeft Ronald door de jaren heen gehouden. Met de jaren veranderde ook de inhoud van zijn functie, die in de jaren ’90 officieel werd aangeduid als “conservator”.

Initiator

Ronald heeft altijd een evenwicht moeten vinden tussen enerzijds de interne dagelijkse zorg voor collecties en anderzijds de externe presentaties van het rijke bezit van de Zeeuwse Bibliotheek door middel van tentoonstellingen, publicaties, rondleidingen, bijdragen aan Omroep Zeeland en PZC. Of zoals Ronald het zelf zo plastisch uitdrukte: “We verzamelen niet om het verzamelen, maar om het bijeengebrachte culturele erfgoed ter beschikking te stellen voor iedereen die daar nader kennis mee wil maken”. Met veel energie en overtuiging heeft hij zich ingezet voor literaire activiteiten zoals de SLAZ-lezingen en de Slibreeks. Hij maakte vele kleine en grote tentoonstellingen en bracht het rijke bezit van de in woord en geschrift naar buiten. Veel mensen wist hij te boeien en enthousiast te maken door zijn rondleidingen in de kluis. Hij is trots op de collectie en weet de pareltjes feilloos voor het voetlicht te brengen.

FO114284Veel van zijn eigen plannen en ideeën heeft Ronald kunnen realiseren, al zal hij zelf altijd nog onvervulde wensen hebben. In al die jaren raakte hij soms bedolven onder het werk dat hij zelf gegenereerd had, maar hij schrok er niet voor terug dag en nacht door te werken om het beoogde doel te halen en zichzelf en zijn omgeving niet teleur te stellen. Wie de lijst van zijn productie aanschouwt, blijft in stilte achter. Daarin vallen een aantal hoogtepunten op: de gedrukte catalogus van de werken van P.C. Boutens, de tentoonstelling gewijd aan het werk van Hans Warren, een overzicht van hoogte en diepte­punten uit de 150 jarige geschiedenis van de Provinciale Bibliotheek. Steeds voorzien van gedegen commentaren en inleidingen.

PB090002

Zijn liefde voor margedrukkers is onveranderd gebleven. Sinds 1985 werd er bijna elk jaar een tentoonstelling van een margedrukker georganiseerd. Dat wil niet zeggen dat er steeds meer van het zelfde te zien was. De laatste margedrukker-tentoonstelling over de Althaea-pers (Jos Swiers) zoekt de grenzen van het margedrukken op: van het traditionele lood naar de mogelijkheden van de digitale technologie. Het commentaar van Ronald bij deze nieuwe ontwikkeling trok de aandacht en het citaat van Ed Schilders bevestigt nog eens zijn gerespecteerde plaats in de boek- en drukwereld: “De woorden van Ronald Rijkse waren me uit het hart gegrepen.

Het is niet niks als iemand van zijn statuur – kenner van zowel vorm als inhoud – de traditionele marge-uitgaven benoemt als gebrekkig avontuurlijk en voorspelbaar saai, meestal leunend op de naam van de voor de hand liggende auteurs. Verzamelbaarheid wint het dan van inhoudelijkheid en van oorspronkelijkheid. Dat geldt dus in verhevigde mate voor de verpakking. Ronald heeft wat mij betreft groot gelijk, en het zou mooi zijn als zijn woorden gaan doordringen naar het circuit van drukkers, en als vooral de creativiteit van de boekbinders daar vaker en origineler bij de verzorging van de tekst betrokken raakt”.

PA260025

Tot slot

De cultuurhistorische collecties van de Zeeuwse Bibliotheek vormen met elkaar het papieren geheugen van de Zeeuwse samenleving. Ook voor een bibliotheek die zich richt op de actualiteit en midden in de hedendaagse samenleving staat, is dit geheugen onmisbaar om ons rekenschap te geven van historische wortels en verbanden.

Het boegbeeld van de Zeeuwse Bibliotheek op het terrein van oude drukken en bijzondere collecties heeft ons inmiddels verlaten. Jaren geleden hebben we ons gerealiseerd dat we op enig moment afscheid zouden moeten nemen van deze waardevolle collega en dat de lege plek niet gemakkelijk te vullen is.

Marinus Bierens, die alle oude drukken in de kluis als catalograaf in handen heeft gehad, en Liesbeth van der Doe-van der Geest, die al jaren de Zeeuwse collecties van voor 1800 beheert, nemen het stokje over.

Ze zijn er klaar voor en hebben er zin in. Ronald blijft betrokken bij de lezingen van SLAZ. In 2011 zal hij samen met Paul Aarssen, oud-collega en nu conservator boeken van het Zeeuws Genootschap, een tentoonstelling over Zeeuwse boekdrukkers en -uitgevers samenstellen.

Ronald Rijkse heeft zijn sporen nagelaten in de Zeeuwse Bibliotheek, de provincie Zeeland en daarbuiten. Het is een geruststellende gedachte dat zijn opvolgers en wij ook in de toekomst altijd een beroep mogen doen op zijn fenomenale geheugen en goed doordachte adviezen. Wij zijn hem zeer erkentelijk voor zijn grote inzet en vriendschap.

Marlies Jongejan en Ton Brandenbarg, directie Zeeuwse Bibliotheek

*Deze tekst is afkomstig uit het boekje dat verschenen is ter gelegenheid van het afscheid van Ronald Rijkse op 3 december 2010.
Foto’s: Beeldbank Zeeland
Illustratie: Collectie Zeeuwse Bibliotheek

Sacha

donderdag, 24 februari 2011

Fotograaf: Dirk Jan Gjeltema

Fotograaf: Dirk-Jan Gjeltema


“…. Ja, hallo, Sacha, de lijn is erg slecht maar ik probeer… kan die echo van de lijn…. Ja, ik hoor je Sacha! Ik kan vertellen dat de situatie ook hier in Zeeland bijzonder verward is. Het Abdijplein is inmiddels volgestroomd met zowel voor- als tegenstanders.

Gisteravond hebben voertuigen geprobeerd het plein op te komen maar door de smalle poortjes van het Abdijcomplex is dat niet gelukt. Uit niet bevestigde berichten heb ik begrepen dat gisteravond plunderaars het Zeeuws Museum wilden binnendringen en daar tevergeefs hebben geprobeerd het omstreden schilderij van Mondriaan van haar haakje te trekken. Demonstranten hebben zich toen op de oude klederdrachten gestort en ik moet zeggen dat iedereen op het plein er nu warmpjes en kleurrijk bij loopt. Het negatieve reisadvies zou ondanks de gescandeerde leus “Welkom in Zeeland” nog steeds van kracht zijn en inmiddels gaat het gerucht dat de familie Peijs in een geblindeerde Veolia of Connexxionbus uit Middelburg is vertrokken en in de buurprovincie Noord-Brabant zou verblijven. Het Rode Kruis is begonnen babbelaars uit te delen en Artsen Zonder Grenzen hebben op de A58 een veldhospitaal ingericht waar dotterbehandelingen kunnen worden uitgevoerd en waar zelfs de eerste zwangere Walcherse vrouwen al zouden zijn bevallen. Ook elders in de provincie zou het onrustig zijn en zijn mensen de straat op gegaan. Uit Zeeuws-Vlaanderen komen berichten dat overal Zeeuws Vlaamse vlaggen wapperen en dat ongeruste bewoners bij gedeputeerde Wiersma in zijn zeer goed geïsoleerde woning op adem willen komen. Een groep ontpolderaars die uit pure frustratie alvast met een bouwput voor de tweede kerncentrale wilde beginnen, schijnt zichzelf te hebben vastgereden in de losgeschoten Oostbuis van de Westerschelde of Vlaketunnel. Ze wisten niet precies welke ….

Ja, ….. hallo, Sacha, hoor je me nog? …. Ik krijg net een tweet binnen dat Den Haag een politietrainingsmissie naar de opstandige regio Goeree Overflakkee overweegt! Er zou al een Kamermeerderheid voor gevonden zijn, o, nee, toch weer niet, volgens deze tweet, o, misschien toch. Lastig zou kunnen worden dat de dienstdoende hoofdagent voor het Zuid-Westelijk Deltagebied alleen tijdens kantooruren op het hoofdkantoor in Tilburg bereikbaar is, maar…hallo Sacha…… ik hoor net dat er toch verkiezingen komen!

Op naar de stembus!…Sacha?……. hoor je me nog?”

Sip Beth, PR-medewerker Zeeuwse Bibliotheek.

Deze column werd op woensdag 23 februari 2011 voorgelezen bij het lijsttrekkersdebat dat georganiseerd werd door de Zeeuwse Bibliotheek, de Provinciale Zeeuwse Courant, Omroep Zeeland en Scoop.

Expositie Bob Pingen: ARCAdia

maandag, 14 februari 2011

“Ben weer van mening veranderd, nou vind ik die andere toch mooier!”, zei het meisje van een jaar of tien dat vrijdagmiddag door de tentoonstellingsruimte in de Zeeuwse Bibliotheek huppelde. Even daarvoor vond de opening plaats van de expositie ARCAdia, schilderijen/2010 van Bob Pingen, te zien t/m 9 april 2011.

Namens de Jan van Leeuwen Stichting verwelkomde Ton Brandenbarg de bezoekers. De Stichting, opgericht 12 april 1994, stelt zich ten doel de in de Zeeuwse Bibliotheek aanwezige tentoonstellingsruimte aan te bieden aan hedendaagse kunst van goede kwaliteit, die op de een of andere manier met Zeeland te maken heeft. Daarbij wordt gedacht aan werk van beeldende kunstenaars die in Zeeland wonen en werken, maar ook aan dat van beeldende kunstenaars die zich door Zeeland laten inspireren. Adviseurs van de Stichting zijn Henk Koch, Kees Wijker en Wim Hofman. Deze keer viel Bob Pingen de eer te beurt. Deze Vlissingse kunstenaar exposeert al vanaf 1979.

In een uitgebreid artikel in het Zeeuws Tijdschrift, 1994, ‘De verovering van het grote vlak. Het werk van Bob Pingen’ wordt onze Zeeuwse kunstenaar geïntroduceerd en binnen de internationale kunstwereld geplaatst.

In ARCAdia toont Bob Pingen nu een reeks van 15 kleine doeken als uitkomst van zijn voortdurende zoektocht naar het ultieme schilderij. Kleurlagen schuiven over elkaar en vormen samen een staalkaart van lichtschakeringen die intens en geraffineerd is samengesteld. Pure schilderkunst die zich overtuigend kan meten met wat zich in de natuur voordoet, aldus een berichtje in de PZC. In de kunstrecensie ‘Het hoofd vol met waarnemingen‘ van Nico Out in de PZC (20-01-2011) is te lezen hoe het licht een hoofdrol speelt in de werken van Pingen. ‘Hij werkt met dunne kleurlagen. De kracht van zijn composities is gelegen in het spel van die over elkaar liggende lagen, subtiel schemeren ze over elkaar… Pingen benadrukt de ruimtelijkheid van de composities door af en toe langs de rand van een vorm iets van schaduw aan te brengen én door geraffineerd gebruik te maken van kleurcontrasten…’

Te midden van de kleurrijke schilderijen mocht de Zeeuwse dichter André van der Veeke de tentoonstelling van inleidende woorden voorzien. André memoreerde de tijd, zo’n dertig jaar geleden, dat hij Bob Pingen leerde kennen. ‘Alles of Niets‘ was de naam van het kunstenaarsgroepje waarvan André zelf de enige scribent was. Vooral de kennismaking met de naam Bob Pingen maakte indruk : echt een fascinerende naam voor een schilder, een sfeer van blauw, wit en groen daar omheen. De kracht die van de naam uitgaat.

Binnen de groep rondom het literaire tijdschrift Ballustrada namen kunstenaars het voortouw. Gelijktijdig betrad de abstracte schilderkunst van Bob Pingen een mystiek veld, stond boven het bestaande.

Als reiziger naar alle richtingen bleef hij Bob Pingen min of meer van grote afstand volgen. In het werk van Bob waardeert hij de aangename kleurtonen, de goed te verdragen lichtheid of being there. Optimistische schilderkunst: oppervlak, diepte en lichtheid tegelijkertijd. De verwantschap van Van der Veeke, de man van papier, met de schilder Pingen is treffend terug te vinden in de omslag van de dichtbundel ‘Rotterdam vertrekt’. Niet dat Pingen deze omslag heeft gemaakt maar HIJ HAD HET KUNNEN ZIJN…

Wat waardeer ik in deze expositie? Met betrekking tot de schilderijen gaat mijn voorkeur uit naar de groene en blauwe kleurenvelden in ‘Locatie (onbekend)’. Vervolgens de zachte kleuren in ‘Verticaal Grijs/Grijs’. Ook de doeken met titels als ‘Boogie’ en ‘Borderline’. Vooral deze laatste kan tot nadenken stemmen. In de conceptuele kunst verwijst de zeggingskracht van de titel samen met het beeld naar de achterliggende idee, bij ‘Borderline’ zie ik blauw, zwart, gevaarlijk rood en schuivende vlakken die als het ware een grote dissonantie laten zien. De beleving van Boogie is volstrekt anders, ga er maar voor staan.

André van der Veeke heeft iets met landschappen en kleuren. Grappig te zien hoe de omslag van zijn recente poëziebundel Blauw als ijs’ verrassend bordeauxrode kleurenvelden heeft. Uit deze bundel las hij het lange titelgedicht voor maar ook, met het oog op ‘Locatie (onbekend)’ het korte gedicht ‘Troostplek’, p. 37

Locatie (onbekend), 80×100 cm

TROOSTPLEK
Modderige wei
met bandensporen
Afwezigheid wordt
hardnekkig bewaakt
Overal knopen, lussen
rollen prikkeldraad
Desolate troostplek
keert zich af van
wat glanst of gloort

Mij rest alleen de absoluut irrelevante, maar toch interessante vraag: vind ik André van der Veeke een fascinerende naam voor een dichter. Jazeker, van der Veeke roept associaties op met de overkant, de grens over, Vlaanderen en Zeeuws, oude ambachten en het gewas vlas. Tijd om mij te gaan verdiepen in het ambacht en de woorden van deze dichter. Kleurtonen en woordenvelden zijn altijd prettig om waar te nemen. Dan horen jullie mij vast wel eens zeggen: “Ben weer van mening veranderd, eerst vond ik deze mooi maar nou vind ik die andere toch mooier.”

Nawoord over Arcadia:

André van der Veeke nam deel aan het project ‘Tekens in het land’, een initiatief van de tweejaarlijkse Kunstmanifestatie ‘De Muzen in Arcadia’, 2005.
Poëzie gecombineerd met tekeningen van Theo Jordans geven een doordringende en fantasievolle kijk op het zuidelijk landschap rond Aardenburg. Over kleuren gesproken, uit deze uitgave het volgende gedicht. Van en voor een kasteelheer die ergens in zijn Arcadia de vlasbloem weet of verlangt.

DE GLOED VAN VLAS

Niets is vluchtiger dan wit
dat verliest van blauw

De vloed van vlas
voordat de dag begint

Na zonsopgang ebt
het melkblauw al weg

Blijft als gloed
hangen in de lucht

Wordt opgeslagen
als verlangen.

Verticaal Grijs/Grijs, 60-40 cm

Anke Nijsse, medewerker Onderwijsbibliotheekdienst

*Dit blog is ook verschenen op het privéblog van Anke Nijsse; Zeeuws Knoopje.