Gepassioneerd van Tchaikovsky: Tchaikovsky 6.1 door Peter Boyer
Tchaikovsky 6.1. uitgevoerd door Peter Boyer
Eén van de meest indrukwekkende symfonieën uit de 19de eeuw moet wel de Zesde van Tchaikovsky zijn. De totstandkoming van het werk ging niet over rozen- Tchaikovsky werd geplaagd door depressieve buien die ervoor zorgden dat hij in 1891 de eerste schetsen van de symfonie verscheurde en weggooide. Maar twee jaar later was hij tevreden over het werk en schreef aan zijn broer: “Ik ben nu volledig door het werk in beslag genomen… en ik kan me er bijna niet van losrukken. Ik geloof dat het één van mijn beste werken zal worden. Ik moet het zo snel mogelijk klaarmaken, want ik moet een heleboel zaken regelen en binnenkort naar Londen vertrekken. Ik heb je verteld dat ik een symfonie had geschreven die mij van het ene op het andere moment helemaal niet beviel, en ik verscheurd had. Nu heb ik een nieuwe symfonie gecomponeerd die ik zeker niet zal verscheuren.”
De “Pathétique”, zoals we deze Symfonie nr. 6 Op. 74 kennen, heeft zijn naam te danken aan de eerste uitgevers van het werk. Het is niet zeker of Tchaikovsky zelf deze naam gekozen zou hebben, omdat het Russische woord Patetičeskaja een andere betekenis heeft dan het Franse woord Pathétique, namelijk “gepassioneerd” of “emotioneel”- in tegenstelling tot “droevig” of “meelijwekkend”. Maar hoe dan ook, deze symfonie laat de gevoelens van de toehoorder niet onberoerd.
Dit brengt ons naar Tchaikovsky 6.1 van de Amerikaanse componist Peter Boyer. Tchaikovsky’s symfonie eindigt met wegstervende contrabassen, die met symbolische hartslagen het einde van het leven lijken te verkondigen. Boyer’s Tchaikovsky 6.1. begint met eenzelfde sfeer: de laatste pagina van Tchaikovsky’s partituur wordt achterstevoren gespeeld. Als het ware een wederopstanding.
De noten worden letterljk andersom gespeeld: een dalend interval wordt een stijgend interval, en wat wegstierf, krijgt nu geleidelijk meer kracht. Dit geeft een klankbeeld dat heel duidelijk niet uit de tijd van Tchaikovsky komt, ofschoon het er wel aan gerelateerd is. Het leidt naar een akkoord dat nieuw muzikaal materiaal presenteert, met instrumenten die niet in de Pathétique aanwezig zijn: klokkenspel, vibrafoon, harp en celesta. En zo ontwikkelt de muziek zich als een muzikaal antwoord op de symfonie, met muzikale lijnen, fragmenten en akkoorden die herinneringen oproepen aan deze grootse muziek, ermee in verbinding staan over meer dan een eeuw heen.
Het is de moeite waard om deze CD te lenen bij de Zeeuwse Bibliotheek.
Plaats in de kast: 00/TCHA
Els van de Wijdeven-Millenaar, muziekafdeling