Archief van categorie ‘Lezingen’

Schrijven met een boodschap

donderdag, 3 december 2015

banner heel walcheren schrijft

De Aula van ZB was dinsdagavond 1 december gevuld met verhalenschrijvers en hun fans. Het echtpaar Mullié, schrijvers van de Zeeuwse roman Ick Roelant, had in november een verhalenwedstrijd uitgeschreven met de titel ‘Heel Walcheren schrijft’. Het is de bedoeling dat zij met deze wedstrijd door heel Nederland trekken. De verhalen van alle winnaars worden tenslotte gepubliceerd in de door Uitgeverij Maan uit te geven bundel ‘Heel Nederland schrijft’.

Ick Roelant

Meer dan 40 Walcherse aspirant schrijvers stuurden een verhaal in, wat een geweldig resultaat is. Uit de inzendingen werden door de jury vijf verhalen gekozen die duidelijk beter zijn dan de andere inzendingen. Deze genomineerde verhalen werden voorgelezen door de auteurs. Na het juryberaad in de pauze, tijdens welk moment ook het publiek een stem mocht uitbrengen, werd de winnaar bekend gemaakt.

jury-schrijfwedstrijd

Erwin van de Linde (41) uit Vlissingen was de gelukkige met zijn verhaal Ik geef je je vrijheid. Ik had de eer in de jury te zitten en was geraakt door zijn verhaal dat gaat over een Syrische vluchteling, die in Nederland terecht komt en door een duif herinnerd wordt aan zijn eigen duif in Syrië, die hij toen hij met zijn vrouw op de vlucht sloeg voor de oorlog, de vrijheid heeft gegeven. Het verdriet om het achterlaten van huis, haard en herinneringen is groot. De duif wordt het symbool van dit verdriet, maar ook van de tocht naar de vrijheid.

Erwins verhaal wordt woensdag 9 december gepubliceerd in huis-aan-huisblad De Faam. Lees het, want het is meer dan een mooi verhaal. Het wijst ons op het gegeven dat alle vluchtelingen mensen zijn met individuele verhalen. Zij zijn niet voor niets op de vlucht gegaan, komen uit oorlogsgebieden waar ze dagelijks werden geconfronteerd met beschietingen, geweld en andere ellende. Gebieden waar je niet meer normaal kunt leven, waar je niet meer normaal je kinderen kunt grootbrengen…

Een gesprekje na afloop van de prijsuitreiking leerde dat Erwin lesgeeft aan de ISK Walcheren. Een school die tot doel heeft om gevluchte kinderen tussen de 12 en 18 jaar Nederlands te leren en  ze voor te bereiden op een ‘normale’ middelbare schooltijd. Met nieuwe kansen om hun plaats in onze samenleving in te nemen. En wie gunt ze dat niet! Hij heeft een leerling in zijn klas die thuis in Syrië duiven hield en daarover vertelde. Hij mist ze. Erwin vatte het plan op om met deze leerling naar een duivenmelker uit zijn straat te gaan, om hem iets van het plezier van zijn hobby terug te geven. Dit bezoek moet nog plaatsvinden, maar het verhaal dat hij schreef is wel op dit voorval gebaseerd.

Erwin is een man met hart voor zijn werk, hij ziet zijn leerlingen zoals ze zijn. Enerzijds ‘gewone’ pubers, met puberintresses en pubergedrag. Maar ook als jonge mensen met nare, soms afschuwelijke ervaringen achter de rug. Met trauma’s en verdriet. Ontheemd en ‘gekleurd’ door hun herinneringen. Petje af voor deze schrijver in de dop. Voor zijn dagelijkse inzet om jonge mensen te begeleiden en weer een stuk vertrouwen terug te geven. Vertrouwen in mensen en in al het goede dat het leven ook voor hen in petto heeft.

Anya Marinissen, bibliothecaris ZB

 

‘Waanzinnig’ leuke Boekenweek in de Zeeuwse Bibliotheek (7-15 maart 2015)

maandag, 23 februari 2015

Te gek voor woorden waanzinindewereldliteratuur

‘Te gek voor woorden’, dat is het motto van de Boekenweek 2015, de tachtigste nog wel, een jubileum! Een complete Boekenweek over waanzin in boeken. Als je je eenmaal gaat verdiepen in het onderwerp ontdek je al snel dat héél veel boeken iets met ‘gekte’ behandelen. De literatuur zit vol met mensen met een afwijking. Van lieden met lichte, vrolijke tics tot zware psychopaten met duistere neigingen.

Blijkbaar is het een onderwerp dat veel schrijvers inspiratie biedt. Dat is ook niet zo gek natuurlijk. Van alles wat ‘normaal’ is, valt waarschijnlijk geen boeiend verhaal te maken.  Juist het afwijkende biedt volop kansen en inspiratie om pakkende en gelaagde verhalen te maken, waarin steeds opnieuw zichtbaar wordt hoe ingewikkeld de menselijke geest is.

Vage scheidslijn

Vaak kunnen auteurs zich goed verplaatsen in de wereld van iemand die psychisch ziek is, al was het maar omdat ze zelf ook niet helemaal normaal zijn. Schrijven helpt dan om gedachten te ordenen. Goede romans geven inzicht in een psychiatrische ziekte. Ze laten ook zien hoe dun en vaag de scheidslijn is tussen normaal en niet normaal. Spannend is het ook, lezen over gekte. Psychiatrische ziekten hebben iets engs en onvoorspelbaars.

fallThe Fall 

Bij dit laatste denk ik meteen aan de spannende televisieserie The Fall, waarvan mijn man en ik momenteel elke avond een aflevering kijken. Vanaf de allereerste aflevering is de dader van de gepleegde moorden bekend. Hij is met recht een psychopaat te noemen en tegelijkertijd een heel ‘normale’ man met een huiselijk leven, een nietsvermoedende vrouw en kleine kinderen. Het is fascinerend om te zien hoe zorgvuldig en aandachtig hij bij het plegen van zijn morbide daden te werk gaat. Het is uiteraard ook spannend of en wanneer hij gepakt wordt, maar dat is toch van ondergeschikt belang. De inkijk in een zwaar gestoorde geest, dat is wat de serie zo boeiend maakt, hoe raakt iemand zo ver heen?

Menselijk brein

Ook in de poëzie en andere non-fictie verschijnt heel veel op het gebied van de waanzin en het menselijke brein. Hoe voelt het bijvoorbeeld om een psychose te hebben of in een isoleercel te worden opgesloten? Is er een verband tussen waanzin en kunst? Hoe is het als iemand in je nabije omgeving een psychische stoornis heeft?

Dolhuis en boekentips

Het jaarlijkse Boekenweekmagazine dat tijdens de Boekenweek gratis te vinden is op het plein in de Zeeuwse Bibliotheek, staat boordevol boekentips over het thema. Inclusief een aantal interviews met schrijvers en hun verhouding tot de waanzin. Op het plein is in de Boekenweek ook een uitgebreide themapresentatie met boeken te vinden en er is een expositie te zien over ‘Waanzin in de wereldliteratuur’. De expo is gebaseerd op het Boekenweekessay van Pieter Steinz (te koop in de boekhandel voor € 2,50 tijdens de Boekenweek) en is een rondleiding door het dolhuis van de wereldliteratuur. De expo is ontwikkeld door Museum Het Dolhuys in Haarlem en brengt de ‘waanzin’ met tekst en beeld tot leven.

Boeiende lezingen op 10 en 12 maart: Willem Otterspeer en Ranne Hovius

Op 10 maart komt de biograaf van Willem Frederik Hermans, Willem Otterspeer, naar de Zeeuwse Bibliotheek om te praten over het net verschenen tweede deel van zijn biografie De zanger van de wrok. Hierin komt de levensbeschrijving van een van de belangrijkste figuren uit de naoorlogse Nederlandse literatuur tot een even grootse als ontluisterende conclusie. Willem Otterspeer laat zien hoe de rancune zich een weg vreet in het persoonlijke leven van Hermans (1921-1995).

Op 12 maart komt auteur Ranne Hovius vertellen over haar in februari gepubliceerde boek Vogels van Waanzin. Zij praat op fascinerende wijze over het kruispunt van psychiatrie en literatuur. Bestaat er een band tussen creativiteit en waanzin? Hoe zijn ontwikkelingen in de psychiatrie in verhalen en gedichten terug te vinden? Hoe is een psychose te beschrijven?

Talkshow BoekCaféLive! op 12 maart in het Leescafé rannehovius

In het BoekCaféLive! kun je, onder het genot van een drankje, aansluiten bij een feestelijke talkshow over het Boekenweekthema Waanzin, Te gek voor woorden. Onder de enthousiaste leiding van presentatoren Ron Lubbersen en Nellie Oosthoek komen allerlei onderwerpen aan bod en deskundigen aan het woord.

Ranne Hovius wordt geïnterviewd en de boekentop-3 over waanzin wordt besproken. Stadsdichter Karel Leeftink maakte een gedicht over ‘waanzin’ en pianist Rien Balkenende treedt op. Hij komt bovendien vertellen over waanzinnige componisten en er wordt een korte film vertoond over De idioot in het bad, een gedicht van Vasalis. Kortom een interessante en boeiende talkshow met een verscheidenheid aan onderwerpen.

Boekenweekbundel en schrijfwedstrijd

Tot slot wijs ik nog graag op de bij de uitleenbalie gratis af te halen Boekenweekbundel Te gek voor woorden, een cadeautje van de Zeeuwse Bibliotheek voor haar trouwe leden. Prominente Nederlanders zoals Ronald Giphart, Christine Otten en Heleen van Royen, nemen je mee op reis naar hun meest waanzinnige ervaring. Bovendien is er een schrijfwedstrijd: schrijf een verhaal van maximaal 1000 woorden over het thema waanzin. Inzenden kan nog tot 31 maart. De hoofdprijs bestaat uit een waanzinnige reis naar het prachtige IJsland, samen met de bekende auteur Ronald Giphart.

Programma

Het complete programma van de Boekenweek 2015 in de Zeeuwse Bibliotheek is te vinden op de website.
Ik hoop je te ontmoeten bij één van bovenstaande feestelijke activiteiten, die ongetwijfeld ‘waanzinnig’ leuk gaan worden!

Februari 2015
Anya Marinissen
Bibliothecaris en webredacteur

 

Symposium de Zeeuwse belangen in de slavenhandel

dinsdag, 17 juni 2014

In een overvolle Aula van de Zeeuwse Bibliotheek werd vrijdagmiddag 13 juni 2014 een gedenkwaardig symposium gehouden over de Zeeuwse belangen in de slavenhandel en de herdenking van 200 jaar afschaffing slavenhandel. Deze was mogelijk gemaakt door de Zeeuwse Bibliotheek en de werkgroep Cultuurhistorie van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen en van subsidie voorzien door het Prins Bernhard Cultuurfonds, de Walburg Pers, uitgeverij Nieuw Amsterdam en de Provincie Zeeland.

symposium1

Marian Markelo

Hiertoe was een zestal sprekers uitgenodigd die zich allen op een apart terrein van de slavenhandel hebben gespecialiseerd en daarom een gevarieerd programma aan lezingen konden bieden. Twee minuten voor twaalf diende zich nog een extra gast aan. Marian Markelo van Het Ninsee (Nationaal Instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis) zong na de opening door de dagvoorzitters een indrukwekkend voorouderlied met bijbehorend plengoffer.

Symposium3

Gert Oostindie

Gert Oostindie beet het spits af. Hij is directeur van het KITLV en doceert geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Al vele jaren actief met betrekking tot studies over slavenhandel en slavernij m.b.t. het Caribisch Gebied weet hij als geen ander een algemeen beeld te schetsen van de problematiek rond het thema. Hij weet daarbij alle gebeurtenissen met elkaar te verbinden. Voor de intimi geen eye opener, maar in kort bestek wist Oostindie duidelijk te maken dat het kennen van vrijheid juist bijzonder is en slavenhandel en slavernij voor 1500 overal ter wereld onderdeel van de samenleving uitmaakten. Juist West-Europa, waar dit na de middeleeuwen verboden werd, was de uitzondering in dit geheel. Nog opmerkelijker is dat vanuit de Republiek aanvankelijk helemaal niets werd gedaan met slavenhandel met het oog op diverse bijbelboeken en de eigen ervaringen van zeelieden in de Middellandse Zee. Diezelfde bijbel werd echter weer gebruikt toen later bleek dat de handel lucratief en noodzakelijk was voor het exploiteren van plantages in de West.

Eind 17de eeuw heeft de Republiek dan ook een kwart van de internationale slavenhandel in handen omdat de plantages en slaven vanuit Brazilië naar het Caribisch gebied moeten worden overgebracht. Dat de intensiviteit daarna afneemt is relatief. Tussen Sint Eustatius en Curaçao vindt namelijk op grote schaal transitohandel plaats die nooit gedocumenteerd is, maar de Republiek uiteindelijk wel in het vaarwater van de Engelsen brengt.

Morele discussies over slavenhandel en slavernij zijn er in de Republiek tot 1814 eigenlijk niet geweest. Zolang het winstgevend is, wordt er geen actie tegen ondernomen. Sterker nog: het cultuurstelsel op Java blijkt dusdanig lucratief te werken dat afschaffing van slavernij vooralsnog onwenselijk blijkt. Ook stelt Oostindie dat koning Willem III ten onrechte wordt gehuldigd omdat hij de slavernij in het Caribisch gebied zou hebben afgeschaft: ‘De enige keer dat Willem III zich heeft beziggehouden met de afschaffing van de slavernij is geweest toen hij zijn handtekening onder de wet plaatste.’ Verder heeft de koning zich nooit ingelaten met de materie.

Symposium2

Ruud Paesie

Ruud Paesie, kenner van de smokkelhandel op Afrika en de West en van de Middelburgsche Commercie Compagnie (MCC) zette uiteen hoe de Zeeuwen in de 18de eeuw verwikkeld raakten in de slavenhandel. Na de Spaanse Successieoorlog ziet Zeeland zich gedwongen een concurrentiepositie ten opzichte van Amsterdam in te nemen. Oude handelsbedrijven als smokkelhandel, kaapvaart en wijnhandel blijken in dit tijdgewricht uitgeput. Sterk geworden in de risicovolle scheepvaart besluit de MCC zich rond 1730 op de slavenhandel te storten, al duurt het nog tot ruim 1740 voordat men hier echt in gaat investeren. De MCC ging zich dan ook pas na de neergang van de WIC op de slavenhandel richten en bereikte daar in het derde kwart van de 18de eeuw zijn hoogtepunt mee. Al langer is bekend dat de slavenhandel lang niet zo lucratief was als velen wel aannemen. De winst van de MCC op slavenreizen bedroeg slechts 3,4%. Paesie stelt dit bedrag nog naar beneden bij tot 2,6% omdat de uitreding van diverse schepen die vanuit Middelburg in ballast goederen in de West ophaalden hier niet bijgerekend waren. Hij weet dan ook aanschouwelijk te maken dat het doorgaan van de slavenhandel vooral besloten lag in het belang voor de lokale economie en de artikelen 21 en 25 van het ‘regulement van de MCC’ waarin investeerders en aandeelhouders de toezegging krijgen materiaal zoals scheepshout en victualie aan te kunnen leveren. Dat hield enkele honderden Middelburgers decennia lang aan een baan.

Symposium4

Ad Tramper

De Vlissingse gemeentearchivaris Ad Tramper belichtte de komst van de slavenschepen op de Afrikaanse kust en de handel daar en met name het verschil in handel tussen Guinee (Ghana) en Angola. In Guinee kon de slavenhandel een zeer tijdrovend proces zijn, omdat er soms wel 200 dagen over gedaan werd voordat slaaf voor slaaf de ruimen van het schip gevuld waren. Uit noodzaak werd soms het kasteel Elmina aangedaan waar –tegen extra heffingen- slaven van de WIC gekocht konden worden. Op de kust van Angola werd direct naar een handelspost gevaren waar meteen enkele honderden slaven aan boord konden komen. Daar was men overigens flinke bedragen kwijt aan relatiegeschenken voor  de inheemse maboeke (prins) en mafoeke (makelaar). Opvallend is ook het verschil in handel: Op Guinee wordt voor 50% aan textiel verkocht, terwijl dat in Angola bijna 75% is. Daarentegen bedroeg de lading buskruit in Guinee ruim 32%, terwijl daar in Angola maar 12% deel van uitmaakte. Ongetwijfeld werden er in de binnenlanden van Guinee meer stammenoorlogen uitgevochten.

Ondertussen was ook  bestsellerauteur Lawrence Hill gearriveerd (schrijver van het Negerboek) die tijdens het symposium werd geïnterviewd (zie voorgaand blog van Harry van Waveren).

Symposium7

Henk den Heijer

Na de pauze trachtte Henk den Heijer, hoogleraar maritieme geschiedenis aan de Universiteit Leiden, leven en werken van bemanning en slaven aan boord van een slavenschip inzichtelijk te maken. Op basis van aanwezig bronnenmateriaal blijft de laatste groep daarbij vaak onderbelicht. Duidelijk werd dat ongeveer de helft van de bemanningsleden uit de Republiek kwam en vooral de officieren en vaklieden (timmermannen) uit de omgeving van de Middelburg kwamen (het ging immers om de MCC). De matrozen kwamen uit de wijdere regio of zelfs uit het buitenland. Toch had hier naar mijn smaak meer aandacht besteed kunnen worden aan de inrichting van het slavenschip, want ook dat maakt veel duidelijk over de bewegingsvrijheid aan boord van een dergelijk schip, maar ook de situatie waarin zowel bemanning als slaven zich bevonden.

Symposium5

Karwan Fatah-Black

De eveneens aan universiteit Leiden docerende Karwan Fatah-Black is postdoc en promoveerde in 2013 op Surinam and the Atlantic World, 1650-1800. Zijn verhaal belichtte vooral de slavenhandel aan de overzijde van de Atlantische Oceaan en sloot mooi aan op wat Paesie eerder besprak. Hij maakte inzichtelijk dat juist op het moment dat de winsten op de slavenhandel in het derde kwart van de achttiende eeuw enorm kelderden, er tegelijkertijd sprake was van een enorme omzetverhoging. Daaraan kwam geen einde na de voor de Republiek zo desastreus verlopen Vierde Engelse Oorlog (1780-1784), maar wel een transitie. In die periode vervoerden buitenlandse schepen vele slaven aan. Ook ontstaat in die periode (en die na 1814) een handelspatroon met slavenschepen vanuit de Europese koloniën in de West. Zo worden er bijvoorbeeld vanuit Nova Scotia en Granada slaven naar Suriname gebracht.

Symposium8

Dienke Hondius

De laatste spreker, die meer op de erfenis van het cultureel erfgoed van de slavenhandel gericht was, betrof Dienke Hondius, onderzoekster op de Vrije Universiteit in Amsterdam, die onder meer het project Mapping Slavery leidt. Haar bijdrage richtte zich op de projecten die tot nu toe in Nederland zijn verricht met betrekking tot ‘plaatsen van herinnering.’ Zo zijn er slavenhandel stadswandelingen in Haarlem, Utrecht, Groningen en Amsterdam –waar men inmiddels ook een rondvaarttocht kan maken. En heeft zij in zowel Amsterdam als Middelburg een project lopen om huizen die gerelateerd kunnen worden aan de slavenhandel in kaart te brengen. Zij sloot verrassend af met kralensnoeren van bloedkoraal en gitten, welbekend in de Zeeuwse klederdracht, maar ook onder Surinamers. Opvallend was dan ook dat Ninsee bestuurslid Marian Markelo eenzelfde soort ketting van bloedkoralen droeg als onze boerinnen, zij het dan zonder goudslot met Zeeuwse knop.

Onderdeel van het symposium was het aanbieden van een nieuw boek over de Middelburgsche Commercie Compagnie door Ruud Paesie aan CdK van Zeeland, Han Polman, die daarmee alvast een voorzetje gaf voor de nationale herdenking, een dag later in de Abdij.

Concluderend kunnen we opmerken dat slavenhandel een voortbrengsel is van economische hoog- en laagconjunctuur, waarbij alleen economische overwegingen een leidende rol speelden en ethische vraagstukken pas steekhoudend werden zodra de economische grondslag onder de slavenhandel verdween. Daarbij was militaire wereldmacht van wezenlijk belang omdat schepen en handel anders niet beschermd konden worden. Schepen zonder bescherming verliezen veel scheepsruimte aan meer bemanning en bewapening en zijn daarom ongeschikt voor slavenhandel. De druk vanuit de Engelse overheid in 1814 en de daar actieve abolitionisten op de Nederlandse afschaffing van slavenhandel is veel doorslaggevender geweest dan de morele overtuiging van de Nederlanders: die was rond 1814 en ook later bij de afschaffing van de slavernij in 1863 goeddeels afwezig.

Johan Francke, informatiespecialist en samen met Hans Krabbendam organisator van het symposium.

 

 

‘Poëzie lezen behoort tot het cement van de samenleving’

dinsdag, 28 januari 2014

Nationale gedichtendag

Op 30 januari 2014 is het Nationale Gedichtendag. Ook de Zeeuwse Bibliotheek doet mee. ‘Lezen is het cement van de samenleving. Het lezen van verhalen en gedichten helpt ons om sociaal te functioneren. Door fictie te lezen, kunnen we ons beter inleven, meer begrip opbrengen voor anderen en gemakkelijker nieuwe contacten leggen. De interactie met taal en tekst op zich heeft ook een positief effect. Wie in zijn vrije tijd voor het plezier leest – en dat kan óók non-fictie zijn – ziet zijn woordenschat en taalvaardigheid groeien en gaat daardoor weer vaker lezen.’

Bovenstaande tekst is te lezen op de website van de Stichting Lezen. Blijkbaar zit er aan het lezen in het algemeen een opvoedkundig kantje. Dat geloof ik ook meteen. Wie heeft niet ooit een roman, een gedicht of een andere tekst gelezen, waarbij hij het gevoel had dat het hem rechtstreeks uit het hart gegrepen was? Waarbij hij zich moeiteloos kon verplaatsen in de beschreven situatie en/of de hoofdpersoon. Of waarbij hij op zijn minst heeft gedacht: ‘Nu ik dit lees, begrijp ik toch beter waarom deze persoon doet wat hij doet, waarom deze versregels mij zo raken. Waarom deze woorden mij zo aanspreken.’

Logo liz

Poëzie

Poëzie kan een feest van inhoud, taal en ritme zijn, voedend voor de ziel en voor onze ontwikkeling. Niet iedereen houdt ervan, dat is bekend. Veel mensen, en zeker jongeren op de middelbare school, vinden poëzie nodeloos saai en ingewikkeld. Ze kunnen er niet goed mee overweg dat niet alles wat er staat eenduidige betekenissen heeft. Dat is jammer, want eigenlijk kan alles poëzie zijn, in gedichten bestaat er een enorme vrijheid. Zo zou het op school moeten gaan: eerst zelf schrijven en dan pas andermans gedichten lezen. Ik denk dat dan veel meer jongeren poëzie leuk gaan vinden. Als je eerst zelf hersengymnastiek hebt gedaan tijdens het werken aan een gedicht, krijg je vanzelf interesse voor echte dichters. Het is net zoals voetbal: als je zelf voetbalt, ga je ook meer en beter kijken naar hoe professionele voetballers het doen. In Middelburg wordt aan bovenstaande vaardigheden in ieder geval goed gewerkt:

AnneVegter

Dichter des vaderlands, Anne Vegter

Sinds jaar en dag bestaat de Nationale Gedichtendag, altijd op de laatste donderdag van januari. De afgelopen twee jaar zelfs gevolgd door een complete Poëzieweek. Bibliotheken, boekhandels en scholen in Nederland storten zich in deze dagen op de poëzie.

Ook de Zeeuwse Bibliotheek draagt haar steentje bij, dit jaar met een klinkend programma waarbij de Middelburgse scholen nauw betrokken zijn. In samenwerking met de School der Poëzie  is begin januari al begonnen met een posterwedstrijd. Leerlingen mochten een gedicht schrijven over het thema van Gedichtendag 2014: verwondering. Deze poster mocht mooi en passend worden versierd. Onlangs heeft een deskundige jury, bestaande uit de Middelburgse stadsdichter Theo Raats en beeldend kunstenaar Femke Gerestein, zich van de moeilijke taak gekweten om de posters de beoordelen. De prijsuitreiking vindt plaats op 30 januari 2014 tussen 16.00 en 17.00 uur in de Aula van de Zeeuwse Bibliotheek door burgemeester Harald Bergmann, tijdens een spetterende talkshow. Dichteres des Vaderlands, Anne Vegter treedt op met muziek van de Eef van Breen Group, Stadsdichter Theo Raats geeft de aftrap van een Haikuwedstrijd die de Zeeuwse Bibliotheek organiseert en van 14.00 tot 15.30 uur kan er door volwassenen en jeugd een Workshop poëzie+ worden gevolgd, waarbij Anne Vegter optreedt als ‘poëziedokter’. Kortom, een programma dat ‘staat’!

golven

Poster ‘Golven’ voor de posterwedstrijd

Wil je meemaken hoe leuk, spannend en zinvol poëzie kan zijn? Kom dan op Nationale Gedichtendag naar de Zeeuwse Bibliotheek. Je zult er geen spijt van krijgen. Overigens worden de vaak prachtige poëzieposters niet alleen in de bibliotheek tentoongesteld. Inmiddels hangen ze ook in het Stadskantoor, in de etalage van de Hema, bij Boekhandel de Drvkkery en in het Zeeuws Archief. Ga kijken en verwonder je over de poëtische vaardigheden van kinderen en jongeren. Iedereen kan dichten!

Anya Marinissen

Romanteam Zeeuwse Bibliotheek, webredacteur www.literatuurinzeeland.nl

 

Gezond 100 jaar worden!

dinsdag, 21 januari 2014

Op vrijdag 20 november 2013 stond er weer een KennisCafé op het programma, met als onderwerp Gezond 100 jaar worden! Er zijn steeds meer mensen die een dieet volgen en extra sporten met als publiek doel er beter uit te zien. Het dieperliggende doel is vaak ook om gezonder te gaan leven. De sprekers (Prof. Dr. Ger Rijkers, afdelingshoofd Science op UCR, en Kris Verburgh, schrijver van bestseller “De Voedselzandloper”) toonden ons hoe iemand gezond 100 jaar zou kunnen worden.

Een langer leven

Ger Rijkers nam ons mee naar wat het probleem nou eigenlijk inhoudt. Ook al wordt de gemiddelde Zeeuw ouder – ongeveer 81 jaar – dan de gemiddelde Nederlander, uit onderzoek blijkt dat de Zeeuw ongeveer 20 jaar van die tijd in slechte gezondheid verkeert. Een onaangename bijkomstigheid. Volgens de levenstrap leef je van 0 tot 100 jaar, waarbij je op je 50e je hoogtepunt bereikt zou hebben. Vanaf je 50e gaat het allemaal langzaam bergafwaarts. En ook al is het niet zo erg dat dit hoogtepunt bereikt is bij 50, de mate waarin het afneemt op dit moment gaat volgens wetenschappers té snel. Dit zouden we moeten kunnen vertragen.

Kenniscafe 20 dec 003

Gelukkig er is hoop! Meisjes die nu geboren worden hebben al maar liefst 50% kans om 100 te worden. Opmerkelijk is overigens dat er een halve eeuw geleden al geadverteerd werd met de potentie om 100 te bereiken.

Verouderen brengt nou eenmaal het een en ander met zich mee. Hoe ouder je bent, des te vatbaarder je bent voor infecties. Je huid veroudert ook mee, en je verliest spiermassa. Dit werkt helaas niet bevorderlijk voor het gezond ouder worden.

Zijn er dan plekken op aarde waar de leeftijdsgrens hoger ligt? Ja, die zijn er, en zij worden de Blue Zones genoemd. Deze vijf zones bevinden zich in Griekenland, Japan, Italie (Sicilie), Costa Rica en Californie. Het geheim van deze mensen is dat zij op een natuurlijke manier bewegen, dat zij tot de juiste genetische stam behoren, dat ze een positieve blik op de wereld hebben en dat ze verstandig eten.

Vervolgens gaf Ger Rijkers enkele adviezen om de kans te vergroten 100 jaar te mogen worden:

  1. Niet roken. Als er al gerookt wordt: stop met roken!
  2. Drink, maar met mate. Max. 1 glas per dag, en het liefst rode wijn.
  3. Beweeg. En ga eens staan in plaats van te zitten.

 

Dit zijn slechts voorbeelden. Een publiekslid in een rolstoel vroeg zich af hoe hij met dit schema nou een hoog MET* kon bereiken. Ger Rijkers stelde hem gerust: voortbewegen op een andere inspannende manier (stevig rolstoelrijden) heeft dezelfde potenties als bijvoorbeeld hardlopen.

*De MET-waarde ofwel het metabool equivalent is een meeteenheid binnen de fysiologie voor de hoeveelheid energie die een bepaalde fysieke inspanning kost ten opzichte van de hoeveelheid benodigde energie in rust.
  1. 4.      Eet goed, eet “Mediterraans”. Mediterranen eten minder verzadigde vetten doordat zij vele gezonde olijfolieën gebruiken in plaats van bijvoorbeeld boter waar veel verzadigde vetten in zitten. Daarnaast bevat dit dieet erg veel salades waardoor je genoeg groentes binnenkrijgt. Hierdoor krijgen ze dus ook voldoende antioxidanten binnen.

Behalve op fysiek gebied wil men ook op mentaal gebied gezond blijven, natuurlijk. Het brein veroudert namelijk ook mee, en niemand wil een mentale aandoening oplopen zoals Parkinson of Alzheimer. Dit domein is moeilijker te tackelen, maar ook hier kan men regressie tegengaan door actief te blijven. Het maken van een dagelijkse kruiswoordpuzzel of sudoku helpt al een heleboel. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen, aan de hand van een racespel, dat spellen zelfs de cognitieve capaciteiten kunnen verbeteren, ook op de zeer lange duur.

De Voedselzandloper

Kenniscafe 20 dec 005

Vervolgens gingen we door met blok 2. Hierin nam de schrijver van de voedselzandloper, Kris Verburgh, het woord. Volgens Kris Verburgh zouden we met alle hedendaagse dieetadviezen weg moeten doen, omdat de meeste diëten niet op de lange termijn blijken te werken en sommige zelfs helemaal niet werken! Biogerontologie (de wetenschap van het verouderen) speelt een steeds grotere rol in de geneeskunde, en dit is de tak van wetenschap die “De Voedselzandloper” heeft geïnspireerd. Waarom worden wij dus ouder? Kris Verburgh legt het uit:

  1. 1.      Suiker-metabolisme. Het suiker-metabolisme is belangrijk om de glucosespiegel op peil te houden. Vooral oude mensen hebben een slechte suiker-metabolisme. Wanneer suiker in het lichaam komt, bindt dit aan receptoren zodat het in het bloed kan worden opgenomen. Suiker kan echter ook crosslinks vormen waarbij het suiker zich tussen 2 eiwitten (bijvoorbeeld in collageen) verbindt. De eiwitten zijn hierdoor minder rekbaar en minder flexibel. Dit veroorzaakt rimpels. Dit kan vergeleken worden met het roosteren van brood. Dit wordt namelijk ook minder flexibel. Crosslinks kunnen ook verouderingsziekten introduceren. Een goed voorbeeld van dit is Cataract (staar). Crosslinks kunnen ook een hoge bloeddruk veroorzaken en atherosclerose (aderverkalking) bevorderen. Daarom is het dus belangrijk om niet al te veel suikers in het dieet op te nemen, om deze cross-link vorming te voorkomen.
  2. 2.      Eiwit-samenklontering (Proteine-neerslag). Proteinen zijn de bouwstenen van de cel. Als dit gaat samenklonteren veroorzaakt dit veroudering. Dit kan bijvoorbeeld een rol spelen in de verzwakking van het hart (Cardiac Muscle lipofuscin). Bij de ziekte van Alzheimer gaan proteinen binnen en buiten de hersencellen samenklonteren en vormen plaques, waardoor alzheimer wordt bevordert en dit veroorzaakt vergeetachtigheid. Dit zorgt ervoor dat hersencellen afsterven. Daarom wordt er dus aanbevolen om voorzichtig te zijn met de ingenomen eiwitten. De eiwitten in wit vlees zijn beter dan eiwitten in rood vlees omdat deze minder snel zullen gaan samenklonteren met de lichaamseigen eiwitten.

 

Met deze twee feiten kunnen we twee principes ontdekken om ouderdom tegen te gaan:

  1. 1.      Minder (snelle) suikers à Minder suiker-crosslinks, minder IGF-1
  2. 2.      Minder (dierlijke) proteinen à Minder proteïne-samenklontering

–          Model geeft weer wat patienten meer en minder moeten eten.

–          Vermijd brood, aardappelen, pasta en rijst, want hier zitten de “verborgen koolhydraten” in!

Het is daarom belangrijk om te kijken naar de glycemische indices van voedingsmiddelen die we consumeren boven alle andere factoren. Een dieet met een lage glycemische index is veel beter dan een dieet dat, bijvoorbeeld, vetarm is.

De Schijf van Vijf en De Voedingsdriehoek zijn verouderde concepten, aldus Kris Verburgh. De Harvard Food Pyramid, of de Mayo Clinic, is een geschikt alternatief. De basis hoort niet meer te bestaan uit aardappelen, brood, pasta en rijst. Groente en fruit zijn veel belangrijker voor ons. Enkele tekortkomingen van de klassieke voedingsaanbevelingen: teveel nadruk op koolhydraten, geen onderscheid tussen rood vlees en gevogelte of vis, geen onderscheid tussen gezonde en ongezonde vetten, en tot slot, en wellicht het belangrijkst, deze diagrammen geven geen alternatieven! De voedselzandloper, daarentegen, laat zien welk product minder goed is én wat het juiste alternatief is qua voedingswaarden.

Kris Verburgh geeft toe dat het Mediterrane dieet dat Ger Rijkers voorschreef veel beter is dan het westerse dieet, maar zelfs het Mediterrane dieet kan beter. Vervang de pasta en aardappelen maar eens door peulvruchten en champignons, en je komt al een heel eind verder!

Kenniscafe 20 dec 007

Discussie

In blok 3 werd er vervolgens antwoord gegeven op een aantal vragen. Zo waren de meningen verdeeld over de vraag of men wel zou moeten willen 100 te worden. Ger Rijkers vindt dat we dit niet zonder meer zouden moeten willen, kijkend naar de gemiddelde conditie van 100-jarigen. Kris Verburgh denkt dat we dit wel zouden moeten willen als we nog gezond zijn en er nog goed uit zouden zien.

Vervolgens werd er gekeken naar wat de levensverwachting over 100 jaar ongeveer zal zijn. Beiden waren het hier over eens dat we waarschijnlijk ouder zullen worden, maar dat het moeilijk is om dit nu in te kunnen schatten. Een gemiddelde leeftijdsverhoging van 10 jaar behoort tot de mogelijkheden.

Kenniscafe 20 dec 006

De laatste vraag betrof biologische producten. Zijn biologische producten nou echt gezonder? Ger Rijkers vertelt ons dat gezondheidsclaims toegekend door de EFSA. Water en Vitamine D kennen een gezondheidsclaim, maar voor de rest zijn alle claims afgewezen. “Biologisch” wil niet gelijk zeggen dat een product gezonder is, het zegt alleen maar iets over hoe het geproduceerd is. Daarentegen valt wel te stellen dat als je biologisch eet, je je bewust toont over wat je naar binnen werkt, en dit feit is alleen maar te prijzen. Kris Verburgh is het hier helemaal mee eens. Hij sluit af met een vraag voor het publiek, de vraag die volgens hem het meest belangrijk is hier: “Eet ik nu wel gezond genoeg?”

Kenniscafe 29 nov 004

Impliciet vraagt hij hier gezond genoeg om ouder te worden. En diezelfde vraag stel ik nu aan u. Laat het ons weten in de commentaarsectie onder deze blog, wij zijn benieuwd. Bedankt voor het lezen, en tot het volgende KennisCafé!

Jeanine Naerebout

Herman Koch en zijn nieuwe roman: “Graauw is op een goede manier ver weg”

vrijdag, 20 december 2013

Met zijn zesde roman Het Diner uit 2009 heeft Herman Koch een ware bestseller te pakken. Het boek van de auteur, die de meesten van ons toch kennen van zijn bijdragen aan Jiskefet, won de NS Publieksprijs, is in meer dan dertig landen uitgegeven en daarmee één van de succesvolste Nederlandse romans aller tijden. Inmiddels is er een nieuwe roman “Geachte heer M” in de maak die zich deels zal afspelen in Zeeuws Vlaanderen, waar Koch grotendeels zijn vrije tijd spendeert. Dit alles vertelt hij 17 december in helaas nauwelijks gevulde aula van de Zeeuwse bibliotheek in een door SLAZ georganiseerd vraaggesprek.

Het diner / Herman Koch

Al tijdens de aankondiging krijg ik het gevoel in een Jiskefet aflevering te zijn beland. Johan de Koning promoot in bijna archaïsche taal een evenement rondom het veilinghuis alsof het marmotten uit de dierenwinkel zijn en verbeeld ik me het of doet hij extra zijn best met zijn sonore stem de lijzige dierenverkoper (http://www.youtube.com/watch?v=nOYCCRffnbM) na te bootsen? Rolf Bosboom, journalist Kunst & Cultuur bij de PZC, neemt het roer na de inleiding over en start het interview met een voor de hand liggende vraag over Kochs jeugd in Zeeuws Vlaanderen, althans, de vakanties die hij daar doorbracht met name in de buurt van Retranchement. Koch beschrijft zijn groeiende genegenheid voor het Zeeuws Vlaamse landschap en leven en verteld het geboeide publiek dat de aantrekkingskracht nog volop aanwezig is, al huist hij tegenwoordig in een dijkhuis in Graauw.” Ver van Amsterdam, maar op een goeie manier ver weg. Niemand komt vanuit de randstad namelijk op het idee hem in Graauw op te zoeken tijdens zijn vakantie en/of schrijfmomenten”. En dat bevalt Koch eigenlijk wel.

Als kind had Koch al de ambitie om schrijver te worden, dat wil zeggen, hij was zeer bedreven in het verzinnen van fantastische verhalen. Toch legt hij zich in eerste instantie toe op televisiewerk. Jarenlang zien we Herman Koch als achtereenvolgens Tampert, Jos, en Kerstens en we lachen ons een bult alvorens we kennismaken met Koch als romanschrijver en in het bijzonder het Diner. Toch heeft Koch achter de coulissen van de VRPO ook naarstig boeken geschreven, zoals bijvoorbeeld Red ons Maria Montanelli (1989), alleen kreeg dit boek destijds veel minder media-aandacht. Hoe dat komt? Koch kan het niet precies verklaren, wel weet hij dat het Diner niet per se zijn beste boek is ondanks het feit dat het de bestsellerlijst van de New York Times heeft gehaald en inmiddels in 33 talen vertaald is. Zelfs in de Ethiopische boekhandel ligt het Diner in moedertaal in de schappen. Ook zijn overige oeuvre , onder andere Zomerhuis met Zwembad (2011) krijgt over de grens volop aandacht en wordt aan de lopende band vertaald.

Op de vraag van Bosboom wat de grootste succesfactor van het Diner is, antwoordt Koch dat het boek een mondiaal onderwerp betreft. “Het verhaal handelt over een universele angst over wat je kind uitvoert als jij als ouder niet in de buurt bent. Dat is de zenuw die in het boek zit”. Een nadeel aan het bestsellerschap is er ook. Volgens Koch is het grote publiek namelijk van mening dat elke auteur van een succesvol boek bij voorbaat een knieval heeft gemaakt naar het grote publiek. En dat betekent dat er getwijfeld wordt aan het literaire gehalte: “als een boek niet onleesbaar is, is het waarschijnlijk ook geen literatuur.”

Bemoeienis met de Nederlandse verfilming van het Diner (Menno Meyjes, 2013) heeft Koch nagenoeg niet gehad. Behalve dan misschien een lichte sturing wat de cast betreft (“geen Paul de Leeuw, zelfs niet als ober!”). Inmiddels is er een internationale remake in ontwikkeling waarin niemand minder dan Cate Blanchett de regisseur is. Koch blijft er vrij onbewogen onder. Hij bezoekt de première en verder gelooft hij het wel. Dat zijn roman in elke willekeurige boekhandel in Buenos Aires te koop is, vindt hij een stuk indrukwekkender, zegt hij.

Of het zijn nieuwste roman :” Geachte heer M” (mei 2014) ook zo zal vergaan, is de vraag want volgens Koch wordt met dit boek, dat zich dus gedeeltelijk in Zeeuws Vlaanderen afspeelt, een nieuwe weg ingeslagen. Het klassieke gezinsleven, in zijn vorige romans nadrukkelijk aanwezig, heeft hij achterwege gelaten en bovendien wordt de eeuwige (enigszins onsympathieke) ik-persoon grotendeels vervangen door verschillende personages in de derde persoon enkelvoud. Bij wijze van voorproeve en omdat het tenslotte ook een literaire avond betreft, leest de auteur een kort fragment uit zijn nieuwe werk.

Vroeg of laat herkent het publiek zichzelf in zijn verhalen. Van tijd tot tijd melden aanvankelijk argeloze lezers zich met de vraag of hij wellicht aan hen dacht bij het creëren van zijn personages. Zoals ook wij als lezerspubliek tijdens het slotcitaat van Koch. Daarin mijmert een schrijver op leeftijd over het publiek in de zaal waarvoor hij na afloop tot vervelens toe boeken moet signeren en verfoeit hij de bibliothecaresse die hem straks gaat uitnodigen voor een borrel na afloop in het buurtcafé, waar hij vooral verhalen zal moeten aanhoren over de wilde avonturen van zijn collega-schrijvers in datzelfde etablissement. Hij gruwt bij de gedachte. Herkenning of niet, de signeerrij na afloop van de lezing is verdacht kort.

Janette Zuydweg
Vakreferent Zeeuwse Bibliotheek

How about Isaac? Isaac is fine!

woensdag, 2 oktober 2013

Isaac Beeckman gaat wereldberoemd worden

Er is in heel Nederland maar één straat naar Isaac Beeckman genoemd, en dat is in Middelburg. Eigenlijk is dat heel vreemd als je bedenkt hoe belangrijk Beeckman is geweest voor de cultuurgeschiedenis. Een goed inzicht daarin krijg je als je de prachtige blog van 21 augustus jl. leest van mijn collega Anne-Marie van Houtert–Ponssen over deze Zeeuwse geniale wetenschapper. Ik kan het niet laten hem nóg een keer in de schijnwerpers te zetten.

Engelstalig boek over Beeckman

Bij de presentatie op 26 september jl. in de Zeeuwse Bibliotheek van het boek ‘Isaac Beeckman on Matter and Motion. Mechanical Philosophy in the Making’ van Klaas van Berkel, hoogleraar geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen, werd deze bijzondere Zeeuw ‘teruggebracht’ naar Middelburg en werd duidelijk dat Beeckman nauwelijks bekend is in Zeeland, ook niet in Nederland en zelfs internationaal niet, terwijl hij op hetzelfde intellectuele niveau zat als andere bekende zeventiende-eeuwse wetenschappers zoals Nicolaas Copernicus, Galileo Galilei en Johannes Kepler. Hoe komt dat toch?

uitnodigingbeeckman

 

Feest

De boekpresentatie was een ‘feest’ voor de liefhebbers van cultuurgeschiedenis, wetenschapsgeschiedenis én van Zeeuwse geschiedenis vanwege de boeiende lezingen. Naast Klaas van Berkel voerden ook dr. Huib Zuidervaart, onderzoeker van het Huygens/ING Instituut van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen in Den Haag en prof. dr. Floris Cohen, hoogleraar vergelijkende geschiedenis van de natuurwetenschap aan de Universiteit van Utrecht, het woord. Het boek werd aangeboden aan de Commissaris van de Koning in Zeeland, Han Polman.

 

HanPolmanIsaacBeeckman

Een enigszins ‘mysterieuze’ foto van de aanbieding van het boek in de Zeeuwse Bibliotheek. (Foto: Marian van der Weide)

Wetenschappelijk klimaat

Het is uitermate interessant te horen hoe wetenschappers of verwante geesten in de zeventiende eeuw elkaar opzochten, met elkaar correspondeerden, elkaars brieven aan anderen lieten lezen en becommentarieerden, naar elkaar luisterden en met elkaar discussieerden. Ze probeerden samen te bedenken hoe de wereld in elkaar zat. De theorieën die ontstonden waren soms heel naïef en het kwam voor dat er helemaal niets van klopte, maar ze konden ook geniaal zijn. Nieuwe gedachten waar de volgende generatie wetenschappers weer mee verder ging. Isaac Newton was er blij mee.

Zuidervaart liet zien welke connecties de familie Beeckman had, niet alleen in Middelburg, maar in heel Nederland. Er was sprake van een groot kennisnetwerk. Isaac leerde thuis al op jonge leeftijd te filosoferen over allerlei onderwerpen, daarover na te denken en erover te praten. Zijn vader behoorde tot een kring van geleerden die regelmatig bijeen kwam en die zich met natuurwetenschappelijke verschijnselen bezig hield. Naast vader Abraham Beeckman waren dat bijvoorbeeld sterrenkundige Philippus Lansbergen en koopman Johannes Radermacher . Via zijn vader kende Isaac ook de Alkmaarse wetenschapper Cornelis Drebbel. In Middelburg was het de tijd van Jacob Cats, boekdrukker Jan Pietersz. van de Venne en diens broer, tekenaar en dichter, Adriaan van de Venne, de uitvinders van de verrekijker Hans Lipperhey en Zacharias Janssen en diens zoon. Ook buiten Middelburg kende Isaac geestverwanten zoals de jonge Goese wiskundige Cornelis Eversdijck. Er was sprake van een vruchtbaar wetenschappelijk klimaat in Zeeland. Na zijn vertrek uit Zeeland leerde hij weer anderen kennen, zoals de bijvoorbeeld jonge fransman Rene Descartes.

Rol van Descartes

In de lezing van Cohen kwam de relatie tussen Beeckman en Descartes uitgebreid aan de orde. Descartes heeft vaak met Beeckman gesproken en waarschijnlijk was Descartes nooit zover gekomen als dit niet gebeurd was. Dat is een bijzondere gedachte. Helaas kwam er een korte periode waarin zij gebrouilleerd waren. Descartes schreef Beeckman twee verschrikkelijk lelijke brieven, waarin hij de Zeeuw voor van alles uitmaakte en ruzie met hem zocht. Van Berkel wijst op zijn illustratie op de voorkant van zijn nieuwe boek. Het is niet Beeckman, want er is geen portret van hem bekend, maar het duidt op het moment dat Beeckman een brief van Descartes leest. Het is misschien wel een van de verschrikkelijkste momenten in zijn leven.

DaviddeHeem

Schilderij van David de Heem uit het Ashmolian Museum, Oxford, 1629.

Waarschijnlijk is Beeckman zo onder de indruk geweest dat hij zijn ideeën, die hij juist op schrift had gesteld, niet meer heeft gepubliceerd. Uiteindelijk heeft hij helemaal niets gepubliceerd. Het enige dat inzicht geeft in zijn denkwereld is het manuscript in de Zeeuwse Bibliotheek.

Geen gedrukte werken

Er staan geen publicaties op zijn naam, zou dat dan de reden zijn dat Isaac Beeckman niet een wereldberoemde wetenschapper is geworden? Of was het zijn Zeeuwse afkomst? Naast een korte beschrijving van zijn uiterlijk is ook iets over zijn karakter bekend: “Was kort van posture, gelyck oock syn vader was; groot van oordeel, uytstekende in verstant, soet van aert ende aengenaem int converseren. Myde alle twist en tweedracht; was onder syn discipelen seer bemint ende lieftallich by iedereen.” Hij ontwikkelde zich zonder op de voorgrond te treden.

Of was het wellicht het Nederlands waardoor Beeckmans ideeën niet verspreid raakten? Het nieuwe boek, een Engelse editie en een bewerking van het uit 1983 stammende proefschrift van Klaas van Berkel, moet daar een einde aan maken. Het nieuwe boek is inhoudelijk gewijzigd. Bijna dertig jaar lang heeft Van Berkel nagedacht over de veranderingen en zijn collega Cohen heeft hem steeds, elke keer als zij elkaar zagen, gevraagd hoe het met Isaac was: “How about Isaac?”. Eindelijk, op 26 september 2013 kan de hele wereld kennis nemen van de denkbeelden van Isaac Beeckman.

Manuscript

Water uit een put halen, tekening uit het manuscript in de Zeeuwse Bibliotheek. (Beeldbank Zeeland/Zeeuwse Bibliotheek, recordnummer 110238)

Gedenksteen

Isaac Beeckman is terug in Middelburg, maar de publicatie van Klaas van Berkel brengt hem ook internationaal beter in beeld. “Laten we ook maar eens uitzoeken welk huis het echte geboortehuis van Beeckman is”, zegt Van Berkel, “en er een gedenksteen laten plaatsen, dan is Beeckman écht terug in Middelburg”.

En die ene straat in Nederland dat moet ook veranderen. Een straat in de plaatsen waar hij gedacht, gewoond en gewerkt heeft is niet meer dan logisch. In Kapelle staat wel een Isaac Beeckman Academie. Met Van Berkel wacht ik op Beeckman-straten, -wegen, – lanen en -parken in Zierikzee, Arnemuiden, Veere, Utrecht, Rotterdam en Dordrecht. In Zierikzee is het idee al bekend!

 

Liesbeth van der Geest, conservator bijzondere collecties

 

Verder lezen:

– De teksten van het dagboek van “Journal tenu par Isaac Beeckman de 1604 à 1634”, editie Cornelis de Waard (1939-1953) staan op: http://www.dbnl.org/tekst/beec002jour01_01

– Website van oud-natuurkundeleraar Ad Davidse: http://adcs.home.xs4all.nl/beeckman

– Klaas van Berkel, ‘Vruchtbaar isolement’: Isaac Beeckman in Zierikzee (1611-116). In: Kroniek van het land van de zeemeermin (Schouwen-Duiveland), jrg 1986, nr. 11, p. 59-70.

Deltaprogramma 2013: Kansen voor Zeeland?

woensdag, 27 februari 2013

Donderdagavond 21 februari 2013 was Mevrouw ir. Martie van Essen te gast bij Studium Generale Zeeland. Zij is directeur Deltaprogramma Zuidwestelijke Delta. In de aula van de Zeeuwse Bibliotheek sprak zij over het Deltaprogramma 2013.
Prikkelend was de belofte dat hierbij ingegaan werd op de kansen voor Zeeland.

Logo Studium Generale

Deltaprogramma 2013

Het Deltaprogramma 2013 blijkt nog geen concrete maatregelen te bevatten, maar vormt een fase in de totstandkoming van een nieuw Deltaplan. Doel van dit plan is waarborgen van veiligheid in combinatie met een goede zoetwatervoorziening in de periode 2050-2100. Vervolgstappen in het Deltaprogramma zijn voorstellen voor Deltabeslissingen (2014) die zullen leiden tot uitvoering van maatregelen (vanaf 2015) voor een nieuwe generatie Deltawerken. Onder voorwaarde dat de voorstellen worden goedgekeurd door het kabinet en  de Tweede Kamer.

Zeeland

Water-economie

Zeeland onderscheidt zich met zijn watergebonden economie van de rest van Nederland. Eén blik op de kaart van Zeeland laat al zien dat in dit vastgegroeide eilandenrijk het land en het water onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Tenminste 45% van de economische sector in Zeeland blijkt ook waterafhankelijk te zijn.

Zeeuwse problematiek

Naar verwachting zullen de waterstanden langs de kust en in de Oosterschelde en Westerschelde tot 2100 met maximaal 85 cm stijgen. De huidige Deltawerken bieden dan onvoldoende bescherming. De Oosterscheldekering bijvoorbeeld kan hooguit een zeespiegelstijging van 50 cm aan.

Ook de zoetwatervoorziening in Zeeland loopt gevaar. Dat heeft te maken met toenemende verzilting. Zout grondwater (zoute kwel) stijgt naar de oppervlakte. In bepaalde delen van Zeeland treedt al verzilting op, wat funest is voor de landbouw.

Verzilting ontstaat enerzijds door de zeespiegelstijging in combinatie met bodemdaling, anderzijds door afname van zoetwateraanvoer door de rivieren. Ook door drinkwaterwinning en irrigatie wordt de zoetwatervoorraad kleiner.

publiek lezing deltaprogramma

Innovatieve oplossingen

Om deze problemen het hoofd te bieden streeft het Deltaprogramma naar innovatieve oplossingen. “Building with nature” is daarbij het motto.

In plaats van dijken op te hogen, kan men bijvoorbeeld gebruikmaken van zand. De zandmotor voor de Zuid-Hollandse kust is daarvan een mooi voorbeeld. De motor bestaat uit een opgespoten schiereiland voor de Zuid-Hollandse kust, dat geleidelijk aan in zee ‘oplost’. Het zand van de zandmotor verspreidt zich, door wind en stroming, langs de kust, waardoor deze 20 jaar hoogwaterbestendig blijft.

Zeeland biedt mogelijkheden voor het kleinere broertje van de zandmotor, de zandbrommer. Bijvoorbeeld in de vorm van een opgespoten zandbank bij de Oesterdam, om de zandhonger van de Oosterschelde te stillen.

Oplossingen voor het zoetwaterprobleem zijn bijvoorbeeld:

  • peilgestuurde drainage,
  • gesloten watersystemen voor bedrijven en
  • zoetwaterbekkens die onderling verbonden kunnen worden.

Paneldiscussie

De vraag is welke oplossingen, op welke manier bruikbaar zijn voor Zeeland. Hierover werd onder leiding van Nico Out (Scoop) gediscussieerd tussen het publiek en een panel. Het panel bestond uit:

  • Martie van Essen, (directeur Deltaprogramma Zuidwestelijke Delta)
  • Hans van den Boom (Boom Communicatie),
  • Margot Tempelman (Kenniscentrum Kusttoerisme),
  • Dick Fundter (lector veiligheid Hogeschool Zeeland) en
  • John van Wallenburg (Maatschap Goede Raad is Duurzaam).

Martievan Essen, directeur Deltaprogramma Zuidwestelijke Delta

Inspraak

Actief betrekken van burgers en ondernemers voorafgaand aan de uitvoering van bijvoorbeeld dijkversterkingen wordt cruciaal bevonden. Het projectbureau Zeeweringen organiseert bijvoorbeeld informatieavonden, waarbij omwonenden en bedrijven in de omgeving hun wensen kenbaar kunnen maken. Dit kan leiden tot afspraken voor aanleg van fietspaden langs dijken en mogelijkheden voor recreatievoorzieningen, bijvoorbeeld dijkpaviljoens. Geconstateerd wordt dat er bij Rijkswaterstaat en de waterschappen voldoende bereidheid is om samen met burgers, boeren en ondernemers te komen tot een (her)inrichting van het landschap. Zo vindt bij Cadzand-Bad versterking van strekdammen plaats in combinatie met aanleg van een jachthaven aan zee.

Naast werken aan veiligheid blijft het ook van belang om burgers bewust te maken van overstromingsrisico’s. Veiligheid kan immers nooit 100% gegarandeerd worden.

Tijd voor iets nieuws

De Oosterscheldekering is van internationale allure, maar inmiddels ruim 26 jaar oud. Het wordt in Zeeland tijd voor een nieuw, baanbrekend, liefst exporteerbaar, product. Noodzakelijk hierbij is de bundeling van krachten, het oprichten van slimme allianties, waarbij specialistische bedrijven zich in Zeeland zullen gaan vestigen om ter plekke unieke producten te ontwikkelen. Innovatieve ideeën zijn er genoeg, zie bijvoorbeeld de inzendingen voor de Delta Water Award 2012. Het prijswinnende Balance Island beperkt de zoutindringing in het Haringvliet ten gevolge van het Kierbesluit. Ook de overige inzendingen hebben potentie. Bijvoorbeeld de KREEKteRUG, waarbij bij kreekruggen de zoetwaterafvoer beperkt wordt en Wind4Water, waarbij windmolens op een dam worden ingezet voor ontzilten van zeewater.

Anne-Marie van Houtert-Ponssen,
Vakreferent Techniek, Natuurwetenschappen en Geneeskunde