Berichten met tag ‘Vlijt en Volharding Souburg’

Ger Blom 45 jaar in het muziekonderwijs

donderdag, 9 juli 2015

Regiodirecteur Ger Blom vertrekt na 45 jaar bij de Zeeuwse Muziekschool. Wat heeft hij allemaal meegemaakt in deze tijd? De muziekschool was aanvankelijk een kleine opleiding en nog vrij elitair. Dat werd in de jaren ‘60 en ‘70 anders. Het onderwijs aan de muziekschool, individuele instrumentale en vocale lessen, werd voor veel meer mensen bereikbaar en als gevolg daarvan groeide de muziekschool uit tot een grote instelling die provinciebreed muzieklessen verzorgt.

Als iemand zich al 45 voor jaar inzet voor muzikaal en cultureel Zeeland en politiek bedrijft op lokaal niveau, dan is er vast een interessant verhaal.

Ger Blom

Ger Blom neemt in juli afscheid van de Zeeuwse Muziekschool. Vijfenveertig jaar geleden, om precies te zijn op 17 maart 1970, begon hij hier als docent accordeon. Vanuit het verre Limburg kwam hij met het openbaar vervoer voor zes en half uur  naar Oostburg en Zierikzee om daar les te geven. Die reis duurde langer dan de uren dat er werd lesgegeven. Kort daarna kwamen er meer lesplaatsen bij, zoals Goes, Vlissingen en later ook Middelburg. Hij vertelt: “Het grote voordeel van al deze lesplaatsen was dat ik de behoorlijke verschillen in cultuur en mentaliteit in de diverse regio’s leerde kennen. Dit heeft me enorm veel mensenkennis verstrekt.”

Accordeon

In 1974 startte Blom met de opbouw van een accordeonensemble, dat eerst zou groeien tot het Zeeuwse Accordeon Sextet en later de kern werd van het accordeonorkest van de Zeeuwse Muziekschool. Dit orkest dat uiteindelijk uit zo’n 30 leerlingen bestond, speelde op een heel behoorlijk niveau, en het sextet, waar het allemaal mee begon trad ook zelfstandig op. Het nam deel aan concoursen in binnen- en buitenland (1980 werd dit sextet Europees kampioen), gaf concerten en speelde voor de radio. Blom werd in 1981 dirigent van het Nederlands Accordeon Orkest, en beleefde ook met dit orkest vele hoogtepunten, waaronder radio-optredens en de opname van een LP.

Blom: “In de jaren negentig heb ik het lesgeven in verband met mijn functie als regiodirecteur moeten afbouwen- het was bijna niet te combineren met die nieuwe functie. Maar om toch feeling met het “werkveld” te behouden heb ik de laatste jaren beperkt lesgegeven. Dit was een welkome afwisseling.”

Blom stapte in ‘86 de wereld van de Hafabra binnen. Hoe ging dat en wat maakte hij daar mee?

“Als ventje van zeven jaar heb ik mijn eerste muziekbeginselen gemaakt op slagwerk bij het fanfareorkest in mijn woonplaats. Toen ik in 1986 dirigent werd ging een lang gekoesterde wens van zowel mij als mijn vader in vervulling. In de loop van de jaren was ik dirigent bij fanfare “Vlijt en Volharding”uit Oost-Souburg; brassband “Excelsior” ‘s Heer Arendskerke; brassband “Onda” Middelburg en fanfare “Vrijheid Eendracht” uit Lamswaarde. Verder verving ik ook bij andere orkesten. Mijn grootste uitdagingen waren de landelijke Fanfare Promotie Concerten en diverse topconcoursen van de KNFM in Arnhem, met “Vlijt en Volharding”. In 1997 zette het laatste orkest daar een topprestatie neer, dat was prachtig.”

Het muziekonderwijs staat al jaren onder druk. Hoe is het in de loop van de jaren veranderd?

Blom: “De veranderingen hebben natuurlijk verschillende oorzaken. In de jaren ‘70 beperkte de vrijetijdsbesteding voor jongeren zich tot sport en muziek, er was gewoonweg niets anders. Er zijn in de loop der jaren heel veel afleidingen bij gekomen en  de aandacht voor de muzieklessen is wat vervlakt. Er zijn natuurlijk nog steeds leerlingen die er echt vol voor gaan, maar ten opzichte van het verleden zijn het er minder. Ook de opvattingen over de inhoud van de lessen zijn sterk veranderd, en riante individuele lessen van 30 minuten zijn niet langer reëel. Er wordt nu veel vaker duoles en groepsles gegeven. Dit heeft allemaal te maken met de bezuinigingen van de overheid.

Het technische aspect van een instrument leren bespelen moet ruimte geven aan het plezier en creativiteit. Voor veel kinderen is het leskrijgen in groepjes aantrekkelijker, maar ik durf te stellen dat dit ten koste van de technische vaardigheden gaat, en dat de bevlogenheid van de leerlingen om een zo hoog mogelijk niveau te bereiken misschien wel daarom sterk is verminderd.”

Het onderwerp ligt zowel Blom als mijzelf na aan het hart. Ook ik ben van mening dat het muziekonderwijs én én hoort te zijn, en dat bereik je niet met inperking van tijd en middelen, maar zou volop kans verdienen om maatschappelijk te worden gedragen. En individuele instrumentale instructie, én groepsles, én creatief met muziek. En in de klas, vanaf kleuterklas tot en met voortgezet onderwijs.

hulst-blazersklas

Blazersklas Hulst

Blom: ”Het zal in grote mate van de politiek afhangen hoe het muziekonderwijs zich verder gaat ontwikkelen. Momenteel leeft wel de gedachte dat ieder kind op de basisschool er recht op heeft om kennis te maken met muziek. Wanneer deze interesse gewekt is, dan zou het een logisch gevolg zijn dat het kind een instrument wil leren bespelen. Ouders lopen dan op tegen een fors tarief (door de opgelegde bezuinigingen, evdw-m) voor muziekschoollessen, of komen wellicht zelfs tot ontdekking dat, door het helemaal wegbezuinigen van de muziekschool, er geen mogelijkheid meer voorhanden is.

Het muziekonderwijs staat zwaar onder druk en de kinderen zullen hier dan ook de dupe van zijn. De politiek dient heel goed te beseffen waar men mee bezig is en wat de desastreuze consequenties voor de toekomst zullen zijn.”

Landelijk zijn al heel veel muziekscholen verdwenen. Soms lukt het docenten om een collectief te vormen en in min of meer georganiseerde toch vorm te blijven geven aan lessen op hun instrument. De meerwaarde van een muziekschool moet worden gevonden in de diversiteit binnen het lesaanbod, wat er allemaal mogelijk is aan ontdekking, creativiteit en het samenspel van uiteenlopende instrumenten. Als dat verdwijnt, treedt onherroepelijk verschraling op.

De afgelopen jaren heeft de Zeeuwse Muziekschool zich (letterlijk) laten zien en horen bij het door henzelf georganiseerde ZMS2C, dat achtereenvolgens plaatsvond in Goes, Hulst, Tholen en Middelburg.

zms logo

Wat hoop je voor de toekomst van het muziekonderwijs in Zeeland?

Blom: “Ik hoop dat de politiek gaat beseffen dat wanneer de cultuursector wegbezuinigd wordt, er enorme verarming zal optreden. Als gevolg van het wegvallen van subsidies zullen muziekverenigingen verdwijnen, verveling slaat toe. Natuurlijk is er minder geld. Maar geef de cultuurdragers de kans om met minder geld goede ideeën uit te werken. Alles wegbezuinigen is totale onzin. Er is maar één leuze voor de politiek: ’Bezint eer ge begint’!

Je bent een veelzijdig en betrokken mens en actief in de politiek. Je neemt nu afscheid van de Zeeuwse Muziekschool. Wat ga je missen, wat ga je intensiever beoefenen nu je meer vrije tijd krijgt?

Blom:”Ik zal zeer zeker het contact en de samenwerking met de docenten en leerlingen missen. Maar ik zal me intensiever met politiek gaan bezighouden en wat zeker mijn grote  aandacht zal krijgen is het muziekonderwijs voor kinderen te behouden. Verder richt ik me op de mogelijkheden om talentvolle jonge musici een podium te bieden. Doordat ik voorzitter ben van de stichting “Kerk biedt Podium” in Middelburg, hoop ik hiermee een eerste aanzet te kunnen geven. Verder zal ik de talentenklas van de Zeeuwse Muziekschool waarvan ik diverse jaren coördinator was, nauwlettend volgen en waar nodig ondersteunen.

Kerk biedt podium

Ter ontspanning ga ik graag fietsen op mijn racefiets of mountainbike. Ik krijg nu meer tijd om ook aan grote tochten in het buitenland deel te nemen.

fiets

Ik wens Ger Blom toe dat vele inspirerende, lange fietstochten hem energie geven om de beleidsmakers duidelijk te maken hoe essentieel muziekonderwijs is voor onze maatschappij. Voor de kinderen en jongeren die op hun beurt weer zullen kunnen doorgeven wat muziek met je doet en voor je doet.

Els van de Wijdeven-Millenaar, muziekspecialist