Berichten met tag ‘expositie’

‘Waanzinnig’ leuke Boekenweek in de Zeeuwse Bibliotheek (7-15 maart 2015)

maandag, 23 februari 2015

Te gek voor woorden waanzinindewereldliteratuur

‘Te gek voor woorden’, dat is het motto van de Boekenweek 2015, de tachtigste nog wel, een jubileum! Een complete Boekenweek over waanzin in boeken. Als je je eenmaal gaat verdiepen in het onderwerp ontdek je al snel dat héél veel boeken iets met ‘gekte’ behandelen. De literatuur zit vol met mensen met een afwijking. Van lieden met lichte, vrolijke tics tot zware psychopaten met duistere neigingen.

Blijkbaar is het een onderwerp dat veel schrijvers inspiratie biedt. Dat is ook niet zo gek natuurlijk. Van alles wat ‘normaal’ is, valt waarschijnlijk geen boeiend verhaal te maken.  Juist het afwijkende biedt volop kansen en inspiratie om pakkende en gelaagde verhalen te maken, waarin steeds opnieuw zichtbaar wordt hoe ingewikkeld de menselijke geest is.

Vage scheidslijn

Vaak kunnen auteurs zich goed verplaatsen in de wereld van iemand die psychisch ziek is, al was het maar omdat ze zelf ook niet helemaal normaal zijn. Schrijven helpt dan om gedachten te ordenen. Goede romans geven inzicht in een psychiatrische ziekte. Ze laten ook zien hoe dun en vaag de scheidslijn is tussen normaal en niet normaal. Spannend is het ook, lezen over gekte. Psychiatrische ziekten hebben iets engs en onvoorspelbaars.

fallThe Fall 

Bij dit laatste denk ik meteen aan de spannende televisieserie The Fall, waarvan mijn man en ik momenteel elke avond een aflevering kijken. Vanaf de allereerste aflevering is de dader van de gepleegde moorden bekend. Hij is met recht een psychopaat te noemen en tegelijkertijd een heel ‘normale’ man met een huiselijk leven, een nietsvermoedende vrouw en kleine kinderen. Het is fascinerend om te zien hoe zorgvuldig en aandachtig hij bij het plegen van zijn morbide daden te werk gaat. Het is uiteraard ook spannend of en wanneer hij gepakt wordt, maar dat is toch van ondergeschikt belang. De inkijk in een zwaar gestoorde geest, dat is wat de serie zo boeiend maakt, hoe raakt iemand zo ver heen?

Menselijk brein

Ook in de poëzie en andere non-fictie verschijnt heel veel op het gebied van de waanzin en het menselijke brein. Hoe voelt het bijvoorbeeld om een psychose te hebben of in een isoleercel te worden opgesloten? Is er een verband tussen waanzin en kunst? Hoe is het als iemand in je nabije omgeving een psychische stoornis heeft?

Dolhuis en boekentips

Het jaarlijkse Boekenweekmagazine dat tijdens de Boekenweek gratis te vinden is op het plein in de Zeeuwse Bibliotheek, staat boordevol boekentips over het thema. Inclusief een aantal interviews met schrijvers en hun verhouding tot de waanzin. Op het plein is in de Boekenweek ook een uitgebreide themapresentatie met boeken te vinden en er is een expositie te zien over ‘Waanzin in de wereldliteratuur’. De expo is gebaseerd op het Boekenweekessay van Pieter Steinz (te koop in de boekhandel voor € 2,50 tijdens de Boekenweek) en is een rondleiding door het dolhuis van de wereldliteratuur. De expo is ontwikkeld door Museum Het Dolhuys in Haarlem en brengt de ‘waanzin’ met tekst en beeld tot leven.

Boeiende lezingen op 10 en 12 maart: Willem Otterspeer en Ranne Hovius

Op 10 maart komt de biograaf van Willem Frederik Hermans, Willem Otterspeer, naar de Zeeuwse Bibliotheek om te praten over het net verschenen tweede deel van zijn biografie De zanger van de wrok. Hierin komt de levensbeschrijving van een van de belangrijkste figuren uit de naoorlogse Nederlandse literatuur tot een even grootse als ontluisterende conclusie. Willem Otterspeer laat zien hoe de rancune zich een weg vreet in het persoonlijke leven van Hermans (1921-1995).

Op 12 maart komt auteur Ranne Hovius vertellen over haar in februari gepubliceerde boek Vogels van Waanzin. Zij praat op fascinerende wijze over het kruispunt van psychiatrie en literatuur. Bestaat er een band tussen creativiteit en waanzin? Hoe zijn ontwikkelingen in de psychiatrie in verhalen en gedichten terug te vinden? Hoe is een psychose te beschrijven?

Talkshow BoekCaféLive! op 12 maart in het Leescafé rannehovius

In het BoekCaféLive! kun je, onder het genot van een drankje, aansluiten bij een feestelijke talkshow over het Boekenweekthema Waanzin, Te gek voor woorden. Onder de enthousiaste leiding van presentatoren Ron Lubbersen en Nellie Oosthoek komen allerlei onderwerpen aan bod en deskundigen aan het woord.

Ranne Hovius wordt geïnterviewd en de boekentop-3 over waanzin wordt besproken. Stadsdichter Karel Leeftink maakte een gedicht over ‘waanzin’ en pianist Rien Balkenende treedt op. Hij komt bovendien vertellen over waanzinnige componisten en er wordt een korte film vertoond over De idioot in het bad, een gedicht van Vasalis. Kortom een interessante en boeiende talkshow met een verscheidenheid aan onderwerpen.

Boekenweekbundel en schrijfwedstrijd

Tot slot wijs ik nog graag op de bij de uitleenbalie gratis af te halen Boekenweekbundel Te gek voor woorden, een cadeautje van de Zeeuwse Bibliotheek voor haar trouwe leden. Prominente Nederlanders zoals Ronald Giphart, Christine Otten en Heleen van Royen, nemen je mee op reis naar hun meest waanzinnige ervaring. Bovendien is er een schrijfwedstrijd: schrijf een verhaal van maximaal 1000 woorden over het thema waanzin. Inzenden kan nog tot 31 maart. De hoofdprijs bestaat uit een waanzinnige reis naar het prachtige IJsland, samen met de bekende auteur Ronald Giphart.

Programma

Het complete programma van de Boekenweek 2015 in de Zeeuwse Bibliotheek is te vinden op de website.
Ik hoop je te ontmoeten bij één van bovenstaande feestelijke activiteiten, die ongetwijfeld ‘waanzinnig’ leuk gaan worden!

Februari 2015
Anya Marinissen
Bibliothecaris en webredacteur

 

Zeeuwse dag

dinsdag, 20 december 2011

Op zaterdag 10 december was de Zeeuwse Bibliotheek helemaal gehuld in Zeeuwse sferen. Een speciale Zeeuwse dag werd georganiseerd.

2011 340

Een dame van Ons Boeregoed

Aanleiding hiervoor was de expositie Echt Zeeuws! met foto’s uit Beeldbank Zeeland van Zeeuwse sieraden, klederdrachten, volksspelen, visserij, dijkwerkers, paalhoofden en een twaalftal foto’s van Stichting de Zeeuwse Koorschool. Aangevuld met Zeeuwse sieraden en ‘paeremessen’ in vitrines. In bruikleen gegeven door respectievelijk de Firma Minderhoud en Dhr. J. Ventevogel.

2011 430

Bezoekers bij de kraampjes met Zeeuwse waar

Op de doorgaans vrij rustige tweede verdieping was het op de Zeeuwse dag een drukte van belang. In de lokale media werd gelukkig veel aandacht geschonken aan deze zaterdagactiviteit. Bezoekers hadden over de Zeeuwse dag gelezen in de PZC, een interview gehoord op de radio of een aankondiging gezien op onze website.

Er waren enkele kraampjes opgesteld, een boekentafel met bibliotheekboeken over Zeeuwse onderwerpen en een tafel voor de promotie van het boek Bèl, bèl (over Zeeuwse streekdrachten) van Jacques Cats, die zijn boeken ter plaatse signeerde.

De geur van Zeeuwse producten lokte vele bezoekers naar boven. Dames van Ons Boeregoed maakten echte Zeeuwse babbelaars in hun kraam en Arnemuidse vrouwen lieten met plezier zien hoe snel en vakkundig garnalen gepeld kunnen worden. Alle dames waren gekleed volgens de traditionele Zeeuwse klederdracht uit de streek waar zij vandaan komen.

2011 347

Arnemuidse garnalenpelsters:  Mw. Kusse en  Mw. Van Belzen

Naast hen was een stoere nettenboeter aan het werk.

2011 348

Nettenboeter dhr. L. Kusse

Er was opvallend veel interesse voor het (snij)werk van de bekende Zeeuwse ‘paeremessen’ snijder Frans Dingemanse. De mensen stonden te dringen rond zijn tafel en hadden veel vragen over dit bijzondere ambacht. Er was voor hem en zijn assistente nauwelijks tijd om te gaan lunchen in het Leescafé, waar deze dag heerlijke Zeeuwse streekproducten geserveerd werden.

2011 383

Frans Dingemanse

Atelier Jaffari uit Arnemuiden verkocht allerlei Zeeuwse producten. Zeepjes en chocolade in de vorm van de Zeeuwse knop, Zeeuwse stoffen en meer.

2011 318

Bij deze activiteit mocht de Geschiedenis Zeeland banner natuurlijk niet ontbreken. Een passend moment om de nieuwe ansichtkaarten -en daarmee het webportaal- bij de bezoekers onder de aandacht te brengen.

2011 374

Op de begane grond presenteerden de medewerkers van Ons Boeregoed Zeeuwse klederdrachten uit verschillende streken. Een echte publiekstrekker.

2011 351Modeshow Ons Boeregoed

2011 416

Het Westkappels koor

Het Westkappels Koor gaf twee optredens op het Plein. Het publiek genoot zichtbaar van oude en nieuwe liedjes.

2011 419

2011 403

Aan de fietsenrekken was goed te zien dat er beduidend meer bezoekers waren dan op een ‘gewone’ zaterdag. De fietsen stonden ver buiten de rekken gestald.

De Zeeuwse dag is zeker voor herhaling vatbaar. Wat mij betreft gaan we er zelfs een jaarlijkse traditie van maken!

Tekst en foto’s: Machteld Berghauser Pont, Communicatiemedewerker

Slottentoonstelling van de Jan van Leeuwen Stichting

maandag, 27 juni 2011

‘Ik voel me op de eerste plaats mens en daarna kunstenaar. Ik kijk wel anders tegen de dingen aan en ik ben bezig met materie, dat is voor mij de essentie’.

Dit waren woorden van Jan van Leeuwen (1943-1992), Zeeuws kunstenaar en naamgever van de Jan van Leeuwen Stichting die helaas ophoudt te bestaan. Deze Stichting, opgericht 12 april 1994, stelde zich ten doel de tentoonstellingsruimte in de Zeeuwse Bibliotheek vier maal per jaar aan te bieden aan hedendaagse beeldende kunst van onderscheidende kwaliteit die op de een of andere manier met Zeeland te maken had. Veel kunstenaars vonden hier een podium. Tijdens de opening van deze laatste expositie, vrijdag 17 juni 2011, constateerde Ton Brandenbarg, op de eerste plaats directeur van de Zeeuwse Bibliotheek en daarnaast kunstliefhebber, met gemengde gevoelens het slotwoord te mogen voeren. Als gevolg van de bezuinigingen krijgt de expositieruimte een andere bestemming, wel zullen kleine exposities door het hele gebouw gehouden blijven worden.

Een mooie slottentoonstelling, te zien t/m 27 augustus 2011, waarin het werk en de persoon van beeldhouwer en keramist Jan van Leeuwen centraal staat. Er wordt niet gestreefd naar volledigheid. De samenstellers willen een impressie geven van wie hij was, het werk dat hij maakte, hoe divers en toch eigen. Zijn gedrevenheid, de dingen die hij tot stand wist te brengen, zijn vele bijzondere vriendschappen, de blijvende indruk die hij op iedereen heeft gemaakt. Daarnaast is er summier aandacht voor de Jan van Leeuwen Stichting zelf en alle kunstenaars die op uitnodiging van deze Stichting hebben geëxposeerd. Op een wand zijn alle uitnodigingen van deze kunstenaars te zien. Mensen die anders of nuchter tegen de dingen aankijken, de essentie of droomwereld zoeken, getuige de titels die hun tentoonstellingen soms meekregen. Het leven moet geleefd worden (Jan Haas, 2002), Een landschap als lichaam, een lichaam als landschap (Teja van Hoften), Dreams & false alarms (Hans Overvliet, 2005), Arcadia (Bob Pingen, 2011), You’re the landscape (Hein Verwer, 2008), Fata Morgana (Barbara Jean, 1996/1997), The watcher (Jackie Bongers, 2009). Intrigerend blijft de titel die Machteld van der Wijst in 2010 opgaf: Aangaande existentiële twijfel in tijden van chaos en wanhoop : zeg mij hoe te leven.

Henny Schrijver, kunstenares en echtgenote van Jan van Leeuwen, was in 1995 met Inner landscapes de eerste exposant. Bijna twintig jaar na het overlijden van Jan houdt zij tijdens de opening een indrukwekkende toespraak over haar leven met Jan, hoe ze terugkijkt op de betekenis van zijn kunstenaarschap, zijn zoektocht naar zijn bron, naar wezenlijk contact met zichzelf. Deze zoektocht was voor Jan essentieel. Het vinden van de verbinding met zichzelf, voorbij alle ideeën die je over jezelf zou kunnen hebben, was zijn zelfbehoud. Wanneer het hem te ‘zwaar’ werd volgde een periode van ‘even losschudden’, dan ging hij over tot het maken van gebruikskeramiek. Onafgemaakt bleef een werk uit de serie met de titel: Structures of desire. Hij kreeg de cirkel niet af, niet rond, niet voltooid. Toch had hij zelf, als mens en kunstenaar, de moed om niet volmaakt te zijn.

Over de kunst van Jan van Leeuwen, zijn positie als vooraanstaand keramist in Nederland en zijn inspirerende betekenis voor de Zeeuwse kunstwereld verscheen onlangs in het Zeeuws Tijdschrift (nr. 3/4, 2011) een prima overzichtsartikel van vriend en kenner Paul van der Velde : Zeeuws Museum van de twintigste eeuw. De keramist Jan van Leeuwen als promotor van kunsthistorisch onderzoek in Zeeland. Zijn rol als voorzitter van het Zeeuws Kunstenaarscentrum (ZKC) en organisator van tentoonstellingen met begeleidend katern wordt uitvoerig beschreven. Van de (vele) bronnen die Paul vermeldt, noem ik een artikel van Ineke Spaander in het tijdschrift Zeeland 1 (1992): Jan van Leeuwen. Keramische portretten (werken 1990-1992). Jan wordt daarin omschreven als een pur sang keramist en een perfectionist. ‘Werken met keramiek is voor 60% procent techniek en voor 40% uitdrukkingsmogelijkheid’, zegt hij zelf.
Hij maakt diep doorleefd werk: grote sculpturen of beelden. De spanning in dit werk ontstaat door de voortdurend strijd tussen expressie (inhoud) en materie (techniek). Daarnaast, als tegenwicht, maakt Jan potten, vazen, schalen en kopjes.

Hoofd van Etrusk, 1989. Foto: Marian van der Weide

Zijn inspiratiebronnen zijn onder meer terracotta (graf)beelden van de Etrusken en realistische Romeinse portretbustes. Het inhoudelijke uitgangspunt voor zijn werk is de omgang met mensen. Dat is voor hem de essentie van het bestaan, die leidt tot de expressie van emoties. Vooral in de sculpturen zijn de emoties voelbaar: verslagenheid, pijn, verdriet, totale uitputting, kwetsbaarheid, maar ook erotiek en groteske humor. Het mensbeeld van Jan van Leeuwen doet denken aan een Griekse tragedie, op klassieke wijze opgevoerd door gemaskerde spelers. Het noodlot is onontkoombaar, de mens speelt zijn rol en probeert te overleven. (Spaander, 1992)  Thema’s als vervreemding, opgeslotenheid , eenzaamheid, angst en agressie worden ook wel genoemd in de bijdrage van Paul van der Velde.

Keramist pur sang en perfectionist pur sang: als werk van hem uit de oven kwam en er zat een barstje in, zei hij meteen: ‘Wegflikkeren’. (PZC, 1995).
Op de tentoonstelling in de Zeeuwse Bibliotheek is – mede dankzij diverse bruiklenen – uiteenlopend werk te zien van Jan van Leeuwen zoals: Hoofd van Etrusk (keramiek), Kussen 1 (terracotta, hout), Structures of desire (steengoed in houten kist). Verder een Buste, Schouder, Torso, Reliëf polotrui en Reliëf sweater, Jongen in jeans. Prachtige foto’s van Wim Riemens van o.a. 7 Torso’s. Twee rode vazen uit de serie “25 vrolijke vazen”, een kan van Zeeuwse klei en een vaas uit de serie “The painter and the potter”. Er zijn vitrines samengesteld met herinneringen aan de kunstenaar, afkomstig van mensen die hem van nabij hebben gekend: zijn weduwe Henny Schrijver, Paul van der Velde en Albert Meijer. Een boeiende variëteit aan documenten: foto’s, zijn CV, een paspoort, publicaties, affiches, brieven, Zeeuwse Katernen.

Jan van Leeuwen, 1982. Foto: Ruud Leuvelink

Ook herinneringen aan de periode dat Jan van Leeuwen en Henny Schrijver als docent verbonden waren aan de Stedelijke Scholengemeenschap Middelburg in de Sint Pieterstraat. Tot de bekende leerlingen van Jan uit die tijd kunnen Pieter Slagboom, Ben Sleeuwenhoek en Dave Meijer gerekend worden. Uit een brief van Dave Meijer , waarin hij terugkijkt op het vak handvaardigheid (en kunstgeschiedenis), citeer ik: ‘Het is ’t enige vak geweest dat echt inging op individuele behoeften en daardoor iets losmaakte wat ging functioneren ook (en vooral) na de schoolexamens. Het is een ander soort kennis dan 1 + 1 = 2 of Amsterdam is de hoofdstad van Nederland, maar voor mij veel en veel zinvoller : een kennis die actief is en die mijn leven bepaalt’.

Bezoekers van de tentoonstelling moeten zeker even kijken naar de 9 minuten durende aflevering van Van Gewest tot Gewest (02-09-1992) met als onderwerp Kunst op de vensterbank. Te zien is een reportage van Rob van Hoek over een tentoonstelling in het kader van Zeeland Cultuurmaand. In een historisch straatje in Middelburg, de Spanjaardstraat, zijn keramische kunstobjecten op de vensterbanken uitgestald. Deze kunst komt van vijf kunstenaars uit Brabant en Zeeland die samen de groep Cheops vormen. Ze nemen de truttigheid van een vensterbankcultuur met gefiguurzaagde watervogels, en wat dies meer zij, op de korrel en willen tonen hoe het ook anders kan. De diaserie over dit project in een toepasselijk venster met sanseveria’s en vitrage is mooi om te zien.

Structures of desire. Alle kunstenaars die dank zij de Jan van Leeuwen Stichting in de Zeeuwse Bibliotheek hebben geëxposeerd hebben volgens mij structuren gezocht. Met pen, potlood of verf, met klei, brons of marmer, op welke manier dan ook, werd vorm gegeven aan ‘iets’, een innerlijk landschap of verlangen. Jan van Leeuwen kon een werk uit de serie Structures of desire niet voltooien, hij kreeg de cirkel niet rond. In 1992 overleed hij aan de gevolgen van aids, slechts 49 jaar jong. Hij was kunstenaar én mens én keek anders tegen de dingen aan. Toch is met deze slottentoonstelling één cirkel wel rond: Henny en Jan komen elkaar weer tegen, zij nu als eerste, hij als laatste. Twee mensen, twee kunstenaars.

Structures of desire, 1989. Foto: Wim Riemens

Non-figuratief werk. In de Structures of desire is geen menselijk leven te zien maar de spanning tussen volmaaktheid en onvolmaaktheid is er net zo in terug te vinden als in de torso’s van weleer (Nico Out, 1989).

Anke Nijsse, medewerker Onderwijsbibliotheekdienst

*Dit blog is eerder verschenen op haar weblog Zeeuws knoopje.

Luchtvaart in Zeeland

maandag, 13 december 2010

Van 7 december 2010 t/m 29 januari 2011 is er op de tweede verdieping van de Zeeuwse Bibliotheek een tentoonstelling met foto’s van luchtvaart in Zeeland. Op de Beeldbank Zeeland staat het bijbehorende thema.

Een terugblik op de geschiedenis van de luchtvaart in Zeeland.

Eerste demonstraties

De eerste vliegdemonstraties in Zeeland vinden plaats in 1911 bij Goes en Vlissingen. Tien jaar later, in 1921 zijn er opnieuw grote vliegdemonstraties die in de laatste weken van augustus nabij Wilhelminadorp en het vliegveld van Vlissingen worden gehouden. Dit is echter niet de oudste Zeeuwse proef met de luchtvaart, want die vindt plaats in de 18de eeuw.  J.A. van de Perre laat op 5 april 1784 een ballon op vanuit de achtertuin van zijn huis aan het Hofplein (het huidige Zeeuws Archief). Op 29 april 1784 laat de Middelburgse fysicus Reghter een ballon opstijgen vanaf het voorplein van het gasthuis. De (onbemande) ballon is gevuld met damp van ‘vitrioolzuur en spykers’ en zweeft in niet minder dan vijf à zes uur naar Schiedam toe, waar de ballon in het riet komt vast te zitten.

Vlissingen

Het eerste vliegveld in Zeeland is een militair vliegveld. Door de gunstige ligging van Vlissingen nabij de Westerschelde ontstaat vlakbij de marinehaven een vliegveld op het voormalige exercitieterrein van de landmacht tussen Vlissingen en West-Souburg (tegenwoordig de wijk Westerzicht). Het vliegveld wordt nodig geacht tijdens de mobilisatie van 1914 en de dreiging van de Eerste Wereldoorlog. Na de oorlog geeft de noodlanding van een KLM-vliegtuig in 1922 de stoot tot het treffen van verschillende voorzieningen. Op 30 juni 1926 wordt het vliegveld officieel geopend. De luchthaven is inmiddels zowel voor burger- als militair luchtverkeer. In datzelfde jaar krijgt de luchthaven een loods en wordt zij tot ‘vliegveld Vlissingen’ gedoopt. Het stationsgebouw is pas in 1933 gereed. Op 1 januari 1927 wordt het vliegveld door de Koninklijke Marine overgedragen aan de directie Zeeland van Rijkswaterstaat. Het beheer komt in handen van de directeur van de luchtvaartdienst. Twee lichte bombardementen in de meidagen van 1940 maken een einde aan het vliegveld.

Vliegveld bij Vlissingen

Vliegveld bij Vlissingen

Haamstede
Het tweede Zeeuwse vliegveld komt tot stand door particulier initiatief. Het in 1925 in Zierikzee opgerichte comité tot bevordering van het luchtverkeer met Nederlands-Indië werkt zowel aan de langste als aan de kortste luchtverkeerslijn. Namelijk de lijn Rotterdam-Schouwen en Schouwen-Nederlands-Indië, ofschoon die laatste lijn nooit van de grond is gekomen. Nabij Haamstede wordt in de kop van Schouwen een geschikt terrein van 18 ha. groot gevonden waar noodlandingen kunnen worden uitgevoerd. Dit wordt op 4 mei 1931 geopend. Kort hierna breidt men het terrein al met 12 ha. uit. Het vliegveld Haamstede wordt officieel op 1 mei 1933 geopend. Het jaar daarop is het stationsgebouw gereed en wordt een radio mistbaken geplaatst. Tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruiken de Duitsers het vliegveld voor verkenningsvluchten met Messerschmidts, maar het raakt eind 1944 onbruikbaar door het graven van sloten. Na de stormramp van 1953 doet het vliegveld nog korte tijd dienst als landingsbaan om een snelle verbinding met het geïnundeerde eiland mogelijk te maken, maar deze baan heeft weinig dienst gedaan. In 1956 neemt de zweefvliegtuigclub Haamstede het vliegveld in gebruik.

Douglas DC 20, de Kievit, op vliegveld Haamstede (1938)

Douglas DC 20, de Kievit, op vliegveld Haamstede (1938)

Midden-Zeeland
In 1963 wordt de werkgroep vliegveld Midden-Zeeland opgericht. Op 13 juni 1970 wordt het vliegveld geopend en het stationsgebouw is in april 1971 gereed. Op werkdagen wordt er viermaal de route Schiphol, Zestienhoven, Noord-Sloe gevlogen en tweemaal per dag naar Lille met de tweemotorige Dornier Skyservant (10 passagiers). De luchtlijn wordt op 1 juli 1970 geopend en op 1 oktober 1971 alweer stopgezet omdat het vervoer beneden verwachting blijft. In het weekeind worden rondvluchten georganiseerd. Tijdens een van deze rondvluchten stort eind augustus 1970 een vliegtuig neer op een plaat in het Veerse Meer waarbij drie mensen het leven verliezen en zeven mensen gewond raken. Het vliegveld is bestemd voor internationaal burgerluchtverkeer tot vijf ton. De vliegclub Midden-Zeeland telt vooral veel zweefvliegtuigen.

Starfighter op vliegveld Midden-Zeeland (2005)

Starfighter op vliegveld Midden-Zeeland (2005)

Lijnvluchten
In het voorjaar van 1921 neemt de KLM een proef met een luchtvaartdienst tussen Amsterdam, Rotterdam en Vlissingen. Het zal echter nog tien jaar duren voordat de eerste binnenlandse luchtlijn werkelijk wordt geopend; die tussen Rotterdam en Haamstede. Een jaar later, in 1932, wordt de lijn doorgetrokken naar Vlissingen. En vanaf 1933 kan in de zomer ook naar Knokke-Zoute worden doorgevlogen. In 1934 werden bijna 10.000 passagiers en 54 ton vracht vervoerd.  Na diverse ongelukken met KLM toestellen is op 1 oktober 1936 de luchtlijn stopgezet. Op aandringen van vaste passagiers wordt de luchtlijn in december weer driemaal per week hervat. In verband met de oorlogsdreiging wordt het binnenlands luchtverkeer op 22 augustus 1939  gestaakt. Het uitbreken van de oorlog maakt meteen een einde aan de Zeeuwse luchtlijn. Het succes van de lijn ligt hoofdzakelijk aan het toeristenverkeer naar de badplaatsen. De tocht Rotterdam-Schouwen, die anders vijfenhalf tot zeven uur duurt, wordt nu in 25 minuten afgelegd. De KLM maakt tijdens de lijnvluchten gebruik van Fokker F VIIa en F VIII toestellen en later de DC-2 en DC-3 die aan 8, 12, 14 en 21 passagiers zitplaats bieden.

Opening lijn Vlissingen - Haamstede (4 juli 1931)

Opening lijn Vlissingen - Haamstede (4 juli 1931)

Watersnoodramp
De watersnoodramp van 1953 blijkt een vreemde katalysator voor het nieuwe vliegverkeer in Nederland. Doordat mensen uit het water moeten worden gered en gebieden (ook per schip) volstrekt onbereikbaar zijn biedt alleen de helikopter uitkomst. Dit nieuwe luchtvoertuig kan in de lucht stil hangen. Veel mensen die gered worden blijken zelfs bang te zijn van het hefschroefvliegtuig. Zoveel mogelijk helikopters uit de Benelux landen –en dat zijn er op dat moment nog slechts enkele- worden ingezet bij het redden van de slachtoffers.

Helicopter boven Schouwen-Duiveland tijdens de Watersnoodramp

Helicopter boven Schouwen-Duiveland tijdens de Watersnoodramp

Tekst: Johan Francke, informatiespecialist Zeeuws Documentatiecentrum

Verzameling fotomateriaal: Ester van Dooren, beheerder audiovisuele en digitale collecties

Temptation & Contemplation

donderdag, 2 december 2010

De Zeeuwse Bibliotheek heeft een bijzondere duo-expositie in huis van de kunstenaars Juul Kortekaas en haar dochter Lys Vosselman, getiteld Temptation & Contemplation.

Flirt met kraai

Het souterrain ademt een ontspannen en serene sfeer. Dierengeluiden uit het bos en het geruis van water uit een opvallende bloemvormige fontein. Hierdoor ontstaat er een gevoel van rust en eenheid in de ruimte.

Fontein2

De glanzende stalen objecten, alsook de schilderijen met bloemen van Juul Kortekaas gaan uitstekend samen met de sprookjesachtige, bijna magische schilderijen van Lys Vosselman.

Juul Kortekaas (1950) woont en werkt in Middelburg. In 1973 is zij afgestudeerd aan de Koninklijke Academie voor Kunst & Vormgeving in Den Bosch. Naast schilderijen en werken in lood en roestvast staal legt zij zich ook toe op poëzie. In haar werk zoekt zij de synthese tussen mens en bloem. Ze tracht de bestendigheid en het mysterie van blad en bloem over de grens van de vanzelfsprekendheid heen te tillen.

Lys Vosselman (1979) woont en werkt in Arnhem. Zij studeerde in 2003 af aan de afdeling Vrije Kunst van ArtEZ in Arnhem. Met haar schilderijen staat zij in de traditie van symbolistische schilderkunst. Zij schildert met een verfijnde techniek laag over laag met olieverf en eitempera. De symbolen uit het droomleven, sprookjes, sagen en mythologieën vormen een onuitputtelijke bron van inspiratie en zijn het uitgangspunt voor haar schilderijen.

Omroep Zeeland heeft een filmpje gemaakt waarin de kunstenaars vertellen over hun werk voor deze duo-expositie: Filmpje Omroep Zeeland.

Nog tot en met zaterdag 4 december te bekijken in de expositieruimte (souterrain) van de Zeeuwse Bibliotheek. De toegang is gratis.

Machteld Berghauser Pont, Communicatie

Bronnen: Omroep Zeeland, lysvosselman.com, juulkortekaas.nl

Wie ben ik?

dinsdag, 14 september 2010

If I don’t know who I am, then I’ll just borrow from someone else, is de titel van de tentoonstelling van de in Breda woonachtige Middelburgse Kathelijne Roosen (1980). Loek Grootjans probeert die vraag in zijn voorwoord van het gelijknamige boek te beantwoorden. Om Roosens thematiek beter te begrijpen moeten we naar de Franse filosoof Paul Ricoeur die dacht: ‘als ik niet weet wie ik zelf ben, dan haal ik het bij een ander.’ Roosen doet dat echter in een geheel eigen stijl waarbij ze zelf lijdend voorwerp is. Op haar foto’s zien we haar in allerlei creaties als huisvrouw, moslima, tiener, pin-up, secretaresse, dakloze, junkie, hoertje, allochtoon. Soms herkenbaar, soms ook onherkenbaar. Een enkele keer slechts komen andere mensen dan zijzelf in beeld.
kathelijne1
Bij een dergelijke onderwerpsbenadering is de toehoorder wellicht geneigd te denken dat het hier om een nieuw geval van narcistische exploitatie gaat, maar niets is minder waar.
Ik leerde Kathelijne zes jaar geleden kennen bij de opening van een expositie van een andere bevriende kunstenares. Ze viel me daar juist op omdat ze zich op de achtergrond hield en de mensen in haar omgeving opnam. Op dat moment studeerde ze nog aan de Kunstacademie St. Joost in Breda, maar de gedachte voor haar huidige werk was al geboren. Al moet ik er eerlijk bij zeggen dat ik de inhoud ervan pas later begreep.

In haar foto’s speelt ze zelf de hoofdrol als iemand anders. Het bijzondere is dat ze daarbij zichzelf heeft gefotografeerd. Op sommige foto’s kun je het snoer waarmee de sluiter van de camera wordt geactiveerd nog zien. Bij de meeste foto’s is deze listig verborgen op de foto of weggewerkt buiten het beeld. Wat mij het meest intrigeert aan de foto’s is de intieme kijk die de toeschouwer heeft op het leven van al die vrouwen. Ze zijn gefotografeerd op een moment dat ze alleen zijn, zich onbespied en ongestoord wanen. We zien haar bezig in de badkamer, druk met het verven van nagels, lezend in de tuin, starend met een sigaret in de hand of met het drogen van het haar. Allemaal poses waarin niet iedereen gezien of gefotografeerd wil worden.

Ook zijn er portretten, waarbij de ene keer een mooie jonge vrouw recht in de lens kijkt, en de andere keer een zwaar verslaafde junk daar maar net in slaagt. In alle foto’s is de sterke aanwezigheid van lichtinval merkbaar; of liever, de schaduwwerking daarvan op het onderwerp. Dit wordt nog eens versterkt doordat Roosen zwart-wit fotografeert. Ofschoon ze ook kleurenfoto’s maakt, is dit toch duidelijk haar handelsmerk.
Kathelijne Roosen
De oplettende fotoconnaisseur weet dat Kathelijne Roosen in Vlissingen inmiddels in de Willem III en in de Piek (expositie ‘Carwash’) heeft geëxposeerd, maar nu is ze eindelijk in de Zeeuwse Bibliotheek te zien. Alle foto’s die te zien zijn op de tentoonstelling zijn te koop. Voor wie het prijskaartje van de originelen iets te hoog vind is er ook de mogelijkheid alle foto’s voor de prijs van €19,95 te verkrijgen. Het boek bij de tentoonstelling –met de gelijknamige titel- bevat namelijk al het werk dat in de Zeeuwse Bibliotheek te zien is en is verkrijgbaar bij de klantenservice van de Zeeuwse Bibliotheek.

De tentoonstelling van Kathelijne Roosen, ; ‘If I don’t know who I am, then I’ll just borrow from someone else’, is te zien van 14 september t/m 16 oktober in de Expositieruimte van de Zeeuwse Bibliotheek.

Johan Francke, informatiespecialist Zeeuws Documentatiecentrum